Spiegel historiael. Vijfde partie. Deel 2
(1931)–Lodewijk van Velthem– Auteursrecht onbekend
[pagina 145]
| |
Hoe die coninc vinc den [ridder] ende den cnape .xxvi.(j)Daer dus die gene vore reet,
Ende die coninc ane hem versteet
1710[regelnummer]
Dat hi en keert in gere maniere,
Reet hi so sere dat hine sciere
Verhaelde ende neven hem reet,Ga naar margenoot+
Ende namene in sinen arm gereet,
Rechte tusscen hals ende hoeft,
1715[regelnummer]
Ende heeften vanden perde geloeft.Ga naar voetnoot1715
Daer hilten so vaste doe die coninc,
Daer hine metten arme bevine,Ga naar margenoot+
Dat hine voerde enwege doeGa naar voetnoot1718
Onder sinen arme alsoe
1720[regelnummer]
Tot daer die cnape hilt ter stede.
Den genen gegreep hi also mede
Ende brachtse beide gevangen sciereGa naar margenoot+
Tot in dat here in deser maniere.
Ende doen hi onder there quamGa naar voetnoot1724
1725[regelnummer]
Ende men den ridder te hem nam
Hadde die coninc so vaste gehouden,
Dat hem in den hals die voudenGa naar margenoot+Ga naar voetnoot1727
Ende vanden halseberge die ringen
Ter meniger stat in gingen.
| |
[pagina 146]
| |
1730[regelnummer]
Oec was hi geduwet, des geloeft,
Dat hi al dosech was int hoeft.
Entie cnape was optie doetGa naar margenoot+Ga naar voetnoot1732
Vanden douwene. Bliscap groet
Was om dese selsine mere
1735[regelnummer]
Al dat volc vanden here,Ga naar voetnoot1735
Ende seiden dusdaen aventuren
En mochte daer niemen geburen,Ga naar margenoot+
Ga naar margenoot+ Noch oec niemen hebben gedaen
Sonder die coninc; dat was haer waen.
1740[regelnummer]
Die coninc ende mede alle die heren
Dancten Gode der groter eren,
Die hem daer gesciet es nu.Ga naar margenoot+Ga naar voetnoot1742
Den ridder beval hi, secgic u,
Datmenne dade in sekerhede,
1745[regelnummer]
Tot datmenne brachte mede,
Daer menne seker mochte laten.
Dus voerdene hene siere stratenGa naar margenoot+
Cnapen .i. deel te Lonnen ward,
Ende leiden inden steen ter vard,
1750[regelnummer]
Met starken yser gevetert wale.Ga naar voetnoot1750
Daer lach hi lange in die quale
Tsinen onwille gevangen swaer,Ga naar margenoot+
So dat hi starf van pinen daer.
Ende sinen cnape om dese treken
1755[regelnummer]
Dede die coninc een oge uutsteken,
| |
[pagina 147]
| |
Ende lieten varen siere wege.
Aldus hadde die coninc daer den zege,Ga naar margenoot+
Daer hi sere bi was vertroest.
Om dat hi hoepte te sine verloest
1760[regelnummer]
Vanden wonder der aventuren,
Die hem vanden borre geburen.
|
|