Zinne-beelden, oft Adams appel
(1642)–Jan van der Veen– Auteursrechtvrij
[pagina 177]
| |
Laet goet de goede,
HOe goeder koelder mensch hoe traager tot de tooren,Ga naar margenoot+
Hoe heeter dat hy is in dit verbolgen quaat,Ga naar margenoot+
Het gunt hem langsaam comt ook langsaam vveer vergaat,
Dies jeder vvachte sich de sulke te verstooren,Ga naar margenoot+
Die van natuir en aardt de vreed' is angebooren,
Soekt al te vvreeden vvraak in ongevvoone haat,
Die niemant stillen kan met reeden ofte raadt,
Des hy, of die't hem doet, gaat lichtelijk verlooren,
Hier-omme vvie ghy zyt misbruykt de goetheyt niet,Ga naar margenoot+
VVant al gemeen'lijk raakt den targer in't verdriet,
Mits d'onvernoegde vvraak hem geeft de huyt vol vvondĕ,Ga naar margenoot+
En d'uyt-komst is daar van vaak meer als al te groot,
VVanneer den scheyd's-man comt, de vreeselijke doodt
Daar smoort dan ghy of hy of beyde-gaar in zonden.
|
|