Zinne-beelden, oft Adams appel
(1642)–Jan van der Veen– Auteursrechtvrij
[pagina 133]
| |
't Geluk onseker,
'tBEklyvende geluk van veele' of lange jaaren,Ga naar margenoot+
'tZy in een goedt of quaat of middelbaar baleyt,
Dat Griffijt in't gemoedt vaak sulken sekerheyt,Ga naar margenoot+
Te denken 'tga hoe 'tgaten can niet qualijk vaaren,Ga naar margenoot+
Des setmen't inden top trots vvinden ende baarenGa naar margenoot+
Spijt grondeloose zee en alle svvaarigheyt,Ga naar margenoot+
Het gunt de sulke vaak te suyren val bereytGa naar margenoot+
Die hem te laat, tot leer zyn oogen doet verclaaren,Ga naar margenoot+
Dan sietmen eerst te recht dan voeltmen met getreur,
Dat by zyn vveeldigh huys de ramp stondt voor de deur,Ga naar margenoot+
En o ver-viel het luk 'tgunt nummer scheen te vallen,Ga naar margenoot+
Maer 'tGeestelijk gesicht, dat deur 'tgelove sietGa naar margenoot+
Een eevvigh-duyrent luk, houdt 'taardtsche luk voor niet,Ga naar margenoot+
En shoon het hem om-helst soo acht hy't niet met-allen.
|
|