mogelijk: de portemonnee is me ontstolen door een zakkenroller. Ik raak niet uit mijn gewone doen. Geen radeloosheid. Geen overhaaste stappen naar het politiebureau. Niets van dat alles. Ik dop mijn eigen boontjes. Ik verricht vandaag heel normaal en heel ordelijk mijn werk. Vanavond zet ik mij heel ordelijk aan het denken over een middel dat herhaling moet voorkomen.
Tegen middernacht, na uren ordelijk denken, heb ik de oplossing gevonden. Ik besluit, om alles wat ik dagelijks bij me draag in de zakken van pak en jas, met eindjes touw te verbinden aan de plaats, waar ik het bij me draag. De touwtjes maak ik zo lang dat ik alles normaal uit mijn zakken kan halen en er weer in doen. Mijn horloge verbind ik met een voor het oog verborgen, extra sterk stuk draad, aan een knoopje dat ik ter hoogte van de elleboog aan de voering van mijn mouw naai.
Hetzelfde gebeurt met: handschoenen, agenda, portefeuille, nieuwe portemonnee, zakkam, brillekoker, nagelvijl, nagelknipper, zakmes, aansteker, sigarettekoker, sigarettepijpje, zakdoek, huissleutels, fietssleuteltjes, vulpen, ballpen en vulpotlood.
Op kantoor kijken ze wel even gek op, als ze me zien zitten schrijven met een vulpen, verbonden met een koordje aan de binnenzak van mijn kolbertje. Maar het is een mooi koordje, zodat ze denken: het dient zeker als versiering. Al gauw vinden ze het even gewoon als het dragen van een horloge aan een ketting.
Een paar maanden na de zakkenrollerij is er een feestavond van de personeelsvereniging. Het programma vermeldt ook het optreden van een goochelaar, bekend van de televisie. ‘Zou die meneer op de vierde rij zo vriendelijk willen zijn even op het toneel te komen?’
Hij moet mij hebben. Met een kleur op mijn gezicht, aangemoedigd door mijn kollega's, beklim ik het trapje naar het toneel. Als de goochelaar mij beter had gekend, had hij mij waarschijnlijk niet uitgenodigd om op het toneel te komen. Terwijl hij grapjes maakt tegen het publiek, probeert hij mij allerlei voorwerpen te ontfutselen. Maar al zijn pogingen mislukken, omdat alles met draadjes, touwtjes en koordjes vastzit. De zaal weet niet beter, of het hoort erbij, en ligt krom