19
Wedstrijd tegen Stroe: o.g. rechtshalf. Uitslag: bril. Bijna geen bal gehad. Met paard en wagens gehaald en gebracht. Op de terugweg zijn de mannen een eind gaan lopen. Paarden konden het niet bolwerken op zandweg. Heenweg broek gescheurd aan uitsteeksel wagen.
‘Ik hou niet van voetballen. Ik blijf in de kantine.’
Met een ander mag hij biljarten. Als ik er bij ben, speelt hij niet. Zo leer ik het nooit. Overmorgen moeder jarig. Terug naar Rotterdam. Afscheidsavond in de kantine.
‘Ga je morgen mee naar Barneveld? De toren, waar Jan van Schaffelaar afgesprongen is.’
Mij te ver. Trouwens: 4 uur voetballen, tegen Utrechtse padvinders.