Mengelstoffen van vele christelijke gezangen
(1709)–Carolus Tuinman– AuteursrechtvrijToon: Bergamasco. Of; Voy tu mes agneaux Lisette.
I.
ZIelen-herder, Jesu Christe,
Die zo
| |
[pagina 149]
| |
goed en lievend bent:
Ach dat ik ook zeker wiste
Dat Gy my uw Schaap erkent!
II.
Vossen, honden, zwijnen, Draaken,
Wolven, leeuwen, slang-gebroed,
Kont Gy tot uw Schaapen maken.
Toon dat ook aan mijn gemoed.
III.
Kom my met uw teken merken:
Druk uw zegel-beeld op my:
Laat uw Geest ziel-vormend' werken
Schaapen aard en daad daar by.
IV.
Geef zachtmoedigheid en reinheid:
Maak my vreedzaam, verr van twist:
Laag-gevoelend' in mijn kleinheid:
Nut: onnozel: zonder list.
V.
Laat ik steeds gehoorzaam wezen
Aan al wat mijn Herder wil.
't Word ook in een Schaap geprezen
Dat het lijdzaam is en stil.
VI.
Maak my vruchtbaar U ter eeren:
Geef dat ik mijn Herder min:
En uw weiden mag begeeren;
Daar is ziels-verzading in.
VII.
Geef dat ik dus mag gelijken
U, mijn Herder, en uw Kudd':
| |
[pagina 150]
| |
'k Zal dan ook uw Schaapje blijken:
'k Ben dan in uw hoed' en schut.
VIII.
Dan zult Gy my wasschen, weiden,
Heelen, stieren, voor my treên,
Dragen, stutten, sterken leiden,
't Wijl ik omzwerv' hier beneên.
|
|