Beginzel van hemelwerk(1720)–Carolus Tuinman– AuteursrechtvrijBestaande in mengelzangen over menigerlei uitgelezene geestelyke en stichtelyke keurstoffen, tot zielverlustiging, op veelerhande rymtrant en toonen Vorige Volgende Stierkonst. Toon: La Canary. 1. Gy, die moet zeilen door stormige baaren, En wilt vermyden wat hindert, of schaad. Wilt naar den raad van den duivel niet vaaren. Of gy leid schipbreuk, wyl hy u verraad. 2. Woud gy de Wereld in 't vaaren slechts volgen, Nimmer quaamt gy dan behouden te land, Wyl u de golven dan zeker verzwolgen. 't Spoor is vol rotzen, vol kolken, vol zand. 3. Wilt gy maar volgen uw' hart en uw' lusten, Zeker dan dwaalt gy wel verr' uit de baan. Nimmer bezeilt gy de Hemelsche kusten: [pagina 110] [p. 110] Maar dat zyn paden, die hellewaards gaan. 4. Wilt gy zo vaaren, als vleyers u raaden: O! gy zult doolen van 't veilige spoor. Kundige schippers hun raad te versmaaden, Word wel beklaagt. Geeft dan wyzen gehoor. 5. Gy, die wilt houden de streek van den beker, Daar gy de kroegen tot klippen ontmoet: O! gy verzeilt door uw' keel dan wel zeker, Schoon die zo nauw is, uw' schip en uw' goed 6. Vaart gy dat heén, daar hoeren u stieren: O! die Syrenen betov'ren gewis. 't Maakt van de menschen onbandige dieren, En deze zeilen den afgrond niet mis. 7. Richt gy uw' streeken naar teerling en kaarten: Weettoch, dan waagt gy uw' goed, en uw' schip, En gy begeeft u op zorg'lyke vaarten. Menig zyn kaarten, en dobbel ten klip. 8. Doch ik en kan het niet alles verhaalen, Wat in die reize moet werden verhoed, Wyl het in 't vaaren doet stuiten, of dwaalen, 't Lied zou te lang zyn; dat keurt men niet goed. 9. Wilt gy dan in uwe reize niet feilen: Jezus zy Noordstar, het Woord zy Kompas, Stierman de Geest: ô! dan zult gy bezeilen Salem hier boven, bei veilig, en ras. Vorige Volgende