Beginzel van hemelwerk
(1720)–Carolus Tuinman– AuteursrechtvrijBestaande in mengelzangen over menigerlei uitgelezene geestelyke en stichtelyke keurstoffen, tot zielverlustiging, op veelerhande rymtrant en toonen
[pagina 74]
| |
2.
Nog eerder 't zal gebeuren
Dat harde rotzen scheuren,
Dan zulk een rotzig hert:
Wyl door geen schepzelkracht dit laatst veroorzaakt werd.
3.
Dat zal alleen geschieden,
Als God het wil gebieden,
Door dat almagtig Woord,
't Geen van het niet, als of het was, eens wierd gehoort.
4.
O Schepper van de steenen!
Gy kont een hart verleenen,
Voor rotzig, als vervleest.
Betoon toch ook aan my die krachten van uw' Geest.
5.
De rotzen moesten scheuren,
En 's Heillands dood betreuren,
De zon verloor haar' schyn:
Scheur om zyn dood myn hart, dat zal myn vreugde zyn.
|
|