De jaren vijftig zijn hier nog maar net voorbij. In de straat van de boven- naar de benedenstad zijn maar liefst drie winkels in bruidsjurken, wat mij rijkelijk veel voorkomt in een plaatsje met nauwelijks dertienduizend inwoners. De publieke voorzieningen en het openbaar vervoer zijn zeer Brits, afkomstig uit een tijdperk voordat Margaret Thatcher de Britse samenleving begon te ruïneren.
Rust en vrede, zon en zee - dat is het ene gezicht. Het vredige toeristeneiland is echter sinds het uitbreken van de burgeroorlog in Libanon de favoriete uitvalsbasis van alle spionnen en geheime diensten in het Midden-Oosten geworden. Het straatbeeld in de grote steden wordt daar echter niet door gedomineerd en aan diefstal, drugs en moorden heeft de politie hier zijn handen niet vol.
De vergaderingen van OGEM-bestuurders op Cyprus maakten indertijd Nederland opmerkzaam op het feit dat het eiland een ideale locatie is om kwade zaken te regelen. Het kent dan ook een grote advocatendichtheid. De Cyprus Mail maakt zich in een ander hoofdcommentaar kwaad om het probleem van de ongedekte cheques, dat hier kennelijk epidemische vormen heeft aangenomen. Zakenlieden eerlijk als goud betalen hun aankopen met postgedateerde cheques, in de hoop en verwachting dat zij hun winst al binnen hebben als de opgegeven datum daar is. Een praktijk waartegen geen kruit is gewassen, klaagt de krant. Hardere wetgeving helpt niet, zo voorspelt het commentaar. Het is een kwestie van mentaliteit. Dáár schort het de Cypriotische zakenmens aan.
Als het andere gezicht van het eiland hiermee was getekend, was dat toch niet meer geweest dan de schaduwzijde van elk mediterraan lustoord. Maar dwars door de hoofdstad Nicosia loopt de Groene Lijn, die hier voornamelijk uit oude olievaten, verdorde heesters en prikkeldraad bestaat. Dit is al bijna twintig jaar de door de Verenigde Naties (UNFICYP) bewaakte scheidslijn tussen de Republiek Cyprus en het door Turkije bezette deel, dat nu alweer tien jaar de alleen door Turkije erkende Turkse Republiek van Noord Cyprus vormt.
Aan deze grens gebeurt niets, al jaren niet. Dit is het succes par excellence van peace keeping door de Verenigde Naties. Zozeer zelfs, dat de VN-troepen (Canadezen, Denen, Britten en Oostenrijkers) zich er dood vervelen en dat sommige landen die