tegengestelden daar. Rijmpogingen worden wel ondernomen. Natuurlijk, welvaart, rust en zekerheid zijn ook in Nederland betrekkelijk. De Balkan is geen Utrecht met bergen en bokken. Maar zulke pogingen het vergelijkbare onvergelijkbaar te maken slagen bij de meeste beschaafde mensen niet. Vandaar dat zij zich schamen over wat daar gebeurt. Dat is de basis van hulpacties als deze.
Schaamte is de basis van solidariteit. Men schaamt zich voor iets omdat men zich verantwoordelijk voelt voor wat er mis is gegaan. En omdat men zich identificeert met het slachtoffer: dat had men zelf kunnen zijn.
Schaamte als basis van altruïsme moet scherp worden onderscheiden van medelijden. Medelijden heeft men met degenen die anders zijn, met wie men zich nooit zal identificeren, maar van wie het leed een ongemakkelijke smet vormt op het gevoel van eigenwaarde.
De filosoof Thomas Hobbes (1588-1679) stond in zijn tijd - overigens ten onrechte - bekend als theoreticus van het egoïsme. Zijn filosofie werd zó verstaan dat het najagen van eigenbelang (‘individuele nutsmaximering’ noemen hedendaagse economen dat) het centrale motief van menselijk handelen heette te zijn. Volgens een beroemde anekdote werd Hobbes in de jaren vijftig (van de zeventiende eeuw) door enkele arglistigen gesnapt toen hij op de Londense Strand een aalmoes aan een bedelaar gaf. Zij dachten de geduchte politieke theoreticus daarmee betrapt te hebben op een handeling die geheel inging tegen zijn doctrine van egoïsme. Maar Hobbes antwoordde bedaard dat hiervan geen sprake was: de aalmoes had hij niet zozeer gegeven om de bedelaar te helpen alswel om zijn eigen gemoedsrust te bewaren. Dat Hobbes' politieke theorie wel individualistisch is, maar niet egoïstisch; dat het hele verhaal apocrief is (maar wel in overeenstemming met wat wij van zijn karakter weten) - het is allemaal niet erg belangrijk, want deze anekdote illustreert allerduidelijkst de dubbelzinnigheid in alle hulp die vrijblijvend is. Dubbelzinnig omdat zij evenzeer op de gever als op de ontvanger is gericht. Het is maar de vraag wie van de gulle gift het meest profiteert.
Dan maar niet geven, niet meedoen aan de actie? Dat is een gemakkelijke uitweg, die aan die dubbelzinnigheid geen eind