Laatste dode mus?
Het Servische voorstel voor de regeling van wat volgens hun Bosnische voorman Karadžić ‘een open stad’ moet worden, maakt duidelijk waar de onderhandelingen in Genève op uit moeten lopen. Volgens dit voorstel krijgen de Serviërs alles van Sarajevo in handen, uitgezonderd de benedenstad. Die mogen de Bosnische Moslims houden, maar die zouden dan wel een tunnel door de daarbij gelegen berg moeten graven om in contact te kunnen komen met de rest van hun deelrepubliek.
Zo'n voorstel is een bevestiging van mijn these dat de Bosnische Serviërs Sarajevo willen vernietigen, omdat de stad symbool is voor een verdraagzaam en multi-etnisch Bosnië. Vandaar dat het bombardement op Sarajevo juist verhevigd is sinds de conferentie in Genève is begonnen en er een algemene wapenstilstand is afgekondigd. Vandaar dat de belofte van Karadžić, dat zijn troepen de strategische berg Bjelasnica aan de Verenigde Naties zullen overdragen, een dag later neerkomt op nog heviger Servische aanvallen op de berg Igman. Beheersing van deze berg zou de Serviërs voor het eerst in staat stellen vlakbaangeschut tegen de stad te gebruiken.
De huidige onderhandelingen hebben geen ander doel dan de volledige capitulatie van de Bosnische Moslims zowel tot stand te brengen als te verbloemen. Dat laatste is nodig om het eerste aanvaardbaar te maken voor de als altijd sentimentele publieke opinie in de westerse wereld, zodat die zich daarna weer kan druk maken over vertrouwde zaken als zieke zeehondjes en verdwaalde walvissen. Er zullen dus mooie bepalingen worden gemaakt, bij voorbeeld over het recht van elke Bosniër om zich in elke deelrepubliek te kunnen vestigen en over het recht op compensatie voor de gevluchten en verdrevenen. Maar de ondertekenaars weten van te voren dat daar niets van terecht zal komen, net zo min als er ooit iets terecht is gekomen van al die eerdere afspraken over hetzelfde. De zin die de laatste dagen in alle media te lezen of te horen valt, is dan ook een hoogtepunt van huichelarij. ‘Ondanks de onderhandelingen gaan de gevechten door.’ Want voor ‘ondanks’ moet worden gelezen ‘vanwege’.
Er is niets bijzonders aan deze gang van zaken, want deze past volstrekt logisch in het proces dat zich voltrekt vanaf het moment dat de Verenigde Naties en de Europese Gemeenschap besloten