Lord Owen gebaseerd. Het plan is op dit moment door twee van de drie betrokken partijen getekend. De Bosnische Serviërs willen nog steeds niet. Sterker nog, zij gaan door Bosnische Moslims te verdrijven uit gebieden waarop de laatsten volgens dat plan recht houden. Vance en Owen hopen niettemin de druk op de Serviërs zover op te voeren dat zij alsnog tekenen. Dit moet binnen tien dagen gebeuren, want anders vervalt de instemming van de officiële regering van Bosnië-Hercegovina. Over wat er dan gaat gebeuren wil men liever niet nadenken op de plaatsen waar erover zou moeten worden nagedacht. De staatslieden van Europa hopen nog steeds dat het vanzelf overgaat, daar op de Balkan, terwijl het bloed al over hun drempels binnensiepelt.
Als de Serviërs alsnog tekenen, verwacht niemand dat zij zich echt aan het akkoord zullen houden. Ondertekening is alleen van belang omdat het de Verenigde Naties de ruimte geeft een vredesmacht in Bosnië te stationeren die toezicht houdt op naleving van de overeenkomst. Zo kan andermaal de keus voor gewapend ingrijpen ontlopen worden.
Onder deze omstandigheden is er geen sprake van dat VN-troepen ‘toezicht’ houden op de naleving van het akkoord. Die naleving zal moeten worden afgedwongen. Dat kan alleen door een grote, goed georganiseerde en zwaarbewapende legermacht, die het mandaat heeft om terstond militair op te treden tegen elke schending. De enige instantie die daarin kan voorzien is de NAVO. Maandenlang is in Brussel op dit scenario geoefend, waarbij een rituele dans tussen militairen en diplomaten eindeloos is herhaald. De militairen leggen steeds uit wat er nodig is voor zo'n militaire operatie. De diplomaten worden dan verschrikkelijk zenuwachtig en roepen dat zoiets politiek niet kan. Zij zijn de echo van onze West-Europese leiders, die nu al een jaar hun koppen in het zand steken. Wat willen zij die graag weer aan het daglicht tonen, en dan zien: het is over! Er is vrede!
Maar deze vrede kost volgens de meest optimistische schatting een langdurige presentie van zestigduizend man troepen. Al meteen doen zich hierbij praktische problemen voor. De Fransen willen graag meedoen, maar niet als onderdeel van een NAVO-operatie. De Grieken, Turken en Italianen mogen vanwege de geschiedenis niet meedoen. De Duitsers hebben zich op (overigens dubieuze) constitutionele gronden buitengesloten. Groot-Brittannië beschikt na de incassering van het vredesdividend nauwelijks over