De gouden oogst(1944)–Fernand Toussaint van Boelaere– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 48] [p. 48] [Evenwijdig om den stam] Evenwijdig om den stam der breedgekruinde eiken, dood liggen de blaren thoop, die, duizendvoud van kleur, één gouden tapijt gelijken. Uit dien droom van gouden dood, de eeuwige stam gestegen. sterk en stom, door naakten tak verkondt de droefenis ongezien door hem gedregen. Zóó ik, staande voetvast in den dooden grond van gouden liefde; zóó ik, stil en sterk te moede; zóó ik, droef slechts in 't Woord, niet weêr te houden... Vorige Volgende