Gezamenlijke dichtwerken. Deel 7-9(1856)–Hendrik Tollens– Auteursrechtvrij Vorige Volgende De vreugde. Waarom, vreugde! vlugt gij weder Uit ons reikend oog? Naauwlijks, wufte! strijkt gij neder, Of klept daadlijk weer de veder En vaart weer omhoog. - Staak, bediller! staak uw klagten Dat ik vleuglen draag; Ook de goden zien mij graag: Dreef ik niet op vlugge schachten, Ik kwam nooit omlaag. Naar het Hoogduitsch van ramler. Vorige Volgende