Nagelaatene gedichten(1786)–Petronella Johanna de Timmerman– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 86] [p. 86] Op het vooroordeel. Gebroedsel van het misverstand, Bederf der menschelijke zeden, Die schuw voor 't licht der ware reden, Het noodig onderzoek verbant, Vooröordeel, dat van snooden logen En bitsen laster meest verzeld Nooit onpartijdig vonnis velt, Door eigen waan al staag bedrogen, Wat houdt gij 't ligt geloovig hart, Dat niet van wikken weet of wegen, Maar tot het ergste altijd genegen, In uwe strikken stijf verward, [pagina 87] [p. 87] Och! wierd ge, o bron van valsche treken, Die recht en reden kreukt en buigt, Ja zelfs uit honig alsem zuigt, Van alle maatschappij versteken, Gij zoudt, o schadelijk venijn Vergeefs dan al uw krachten spillen, En van veel staat en kerkgeschillen, Zoo menigmaal geen oorzaak zijn. Vorige Volgende