Ik sterf gerust, zonder iets te betreuren hier op aarde.
- Gij zijt onschuldig, zegt gij, hernam de aanlegger, en ik beken dat er een klank van rechtzinnigheid trilt in uw woord.
Maar, als gij, inderdaad, onschuldig zijt en gij de ware plichtigen kent, waarom dan geene volledige verklaringen afgelegd?
Waarom de eigenlijke schuldigen niet aangeklaagd?
Gij schudt het hoofd, ging de man des gerechts voort, en gij hebt ongelijk.
- Ik heb niets te zeggen, niets te verklaren, niemand aan te klagen.
Ik heb mij verzoend met God en de menschen, en ik zal met volle gerustheid dit leven verlaten.
- Hij is krankzinnig, mompelde de procureur - generaal.
Gezonde redens baten hier niet. Dat het gerecht zijn loop hebbe.
Beul, doe uw plicht.
Hierop trad de sombere man, die het ambt van beul uitoefende vooruit, legde Everard de hand op den schouder en sprak met doffe stem:
- Man, gij hoort mij toe. Rechtvaardigheid en justitie zullen geschieden.
Toen Everard de akelige aaaraking gevoeld had, was hem eene ijskoude huivering door merg en beenderen gevaren.
Hij herstelde echter spoedig en, allen aanziende die zich in de cel bevonden, zei hij met zenuwkracht in de stem:
- Ik ben onschuldig, dat zweer ik bij den levenden God!
Is elk van u het kind van eenen vader, en had elk uwer eene moeder?
Voelt gij allen uw hart kloppen?
Ziet uw oog mij?
Is de straal der zonne helder?
In de nacht zwart?
Is er deugd en ondeugd?
Indien dat alles waar is..... welaan, dan is het ook waar dat Jan Meerlo zag wat hij zag... en waar ook.
Dat Roze Kate krankzinnig geworden is.
Dan is het ook waar dat zij door eene mij onbekende macht beheerscht werd, en dat zij mij, wetens en willens, nooit heeft bedrogen.
Is heur geest krank, werden hare zinnen geschokt, heure ziel blijft gansch aan mij, aan mij alleen!