- Jan, herkent ge mij dan niet? Doe open.
De stalknecht twijfelde nu niet langer en schoof de zware grendels weg.
Op hetzelfde oogenblik stapte Walkiers onder de poort, Roze Kate bij den arm medetrekkend
- Zijt gij niet alleen? Wat moet dit beduiden?
- Het is Roze Kate: zij is niet wel en verlangt eene kamer.
- Roze Kate van de Smidshoeve, zei de knecht vol verbazing, terwijl hij zijne lantaarn omhoog hief en het meisje nieuwsgierig vragend aankeek.
- Ik vertel u alles nader, zei Walkiers, maar bezorg Roze Kate eerst eene slaapkamer. Zij is erg vermoeid en gelijk ik u zei een weinig ontsteld.
- Wil zij in de kamer van Dora, de tweede keukenmeid, slapen, dan zal het zeer gemakkelijk gaan, zonder dat ik daarom de meesters wekken moet.
- De meid is voor een paar dagen afwezig, en de oude Agnes zal er niets tegen hebben dat Roze Kate den nacht naast haar doorbrengt.
- Dat is zoo goed niet waar, Roze Kate, zooals Jan Paes het voorstelt?
- Ik hoef geene kamer geen bed, antwoordde het meisje, alleen wil ik wel wat rusten. Slapen zou ik niet kunnen.
- Toe, Roze, wees verstandig, zei Walkiers troostend, en tracht een weinig te slapen. Gij hebt rust en kalmte noodig, ten einde morgen vroeg de zending te vervullen die gij u hebt op gelegd.
Het is in uw en vooral in 't belang van Everard dat gij kalm blijven moet.
- Het zij dan zoo, als de oude Agnes het toelaat, zal ik dus van de kamer van Dora gebruik maken.
Doch, zeg mij, bid ik u, om wat uur zijt gij lieden hier op?
Ik moet vroeg weg.
- Om vijf ure is hier alleman te been, antwoordde Jan en gij kunt vroeger weg ook, als gij het verlangt. Laat ons nu naar de keuken gaan: anders vrees ik dat wij de keukenmeid niet meer op zullen vinden.
Het geval werd aan Agnes uitgelegd, de eenige die, behalve Jan, nog niet te bed was in de afspanning, en deze stond het verzoek gereedelijk toe. Zij zelve vergezelde Roze Kate naar