De kinderpsychologie geeft menig voorbeeld van schuwheid, gebrek aan zelfvertrouwen en derg.; maar ook van prikkelbaarheid, eigenzinnigheid - welke grenst aan halsstarrigheid - ongehoorzaamheid, die in hoofdzaak zijn oorzaak in het milieu hebben.
De belangrijke faktor in het gymnastiek-spel is voor het kind de vreugde, het vroolijk-zijn.
Dat deze faktor de uitvoering ten goede komt en - wanneer juist toegepast - een goede hulp in de opvoeding kan zijn, geeft onderstaand voorbeeld, waardoor op zijn instituut de geregelde kleutergymnastiek haar intrede deed.
Het gebeurde, dat kleuters hun oudere zusters naar haar vrijwillige gymnastiek begeleidden. Onder de kleintjes ontstond het ‘gymnastiekje spelen’, doordat ze na begonnen te doen, wat ze er zagen.
Nadat de leerares hen met het een en ander ging helpen, fantasie-uitdrukkingen bezigde en zoo eenigszins tot een inleiding van het bewegingssprookje kwam, was de opgetogenheid onder de kleintjes zoo groot, dat zij er zonder dat ‘extra lesje’ niet meer afkwam. Zoo ontstond een apart kleuteruurtje, waarvan het aantal deelnemertjes snel aangroeide, terwijl gelijktijdig met zijn groei, de leeftijdsgrens zonk tot 2½ jaar.
Deze kleutergymnastiek bestaat nu meer dan 10 jaar en heeft bewezen van een bijzondere vreugde en nut voor de kinderen te zijn. Van groot belang is echter, dat een aantal artsen en paedagogen van wie het meerendeel eigen kinderen hadden (hebben), die het kleuterlesje bezochten, met ingenomenheid en erkenning den loop der lessen volgden en volgen. Men zou kunnen denken, dat één wekelijksch lesuur geen noemenswaard resultaat kan hebben (meerdere lessen per week is bezwaarlijk, door het brengen en halen der kinderen). Maar het doel is niet enkel, ja zelfs niet in de eerste plaats - de directe lichaamsoefening.
Het bewegingssprookje is, behalve een psychische opwekking, een hulpmiddel om kinderen met behulp der fantasie tot spelen te brengen en hen de vreugde daarvan ten volle te doen genieten.
Talrijke voorbeelden wijzen er tevens op, dat het vreesachtige kind, dat niet kon springen of klimmen, ja zelfs niet spelen kon, na eenige lessen zelfvertrouwen heeft gekregen en niet alleen tijdens de gymnastiek, maar ook in andere situaties. Ook verlegenheid en koppigheid kunnen in de gymnastiekles bij goede leiding zeer gunstig beïnvloed worden.