Voorwoord.
Een Hollandsche uitgave over kindergymnastiek, ziet, dat is, een gebeurtenis, waarnaar ik al geruimen tijd heb uitgezien. Vroeger toen ik als onderwijzer op de lagere school meer met kleine kinderen in aanraking kwam, heb ik mij herhaaldelijk afgevraagd of de wijze van lesgeven aan die kleinsten onder de kleinen wel goed was. Ik voelde, dat, eerst als men kind met de kinderen kon zijn, de klasse het onderwijs volgde. Hoe vaak heb ik jonge collega's zien mislukken, juist door het onderwijs aan de 1ste en 2de klasse.
Zoo is het gebeurd, dat de gymnastiekonderwijzer zich vervreemdde van dit onderwijs, omdat hij het te moeilijk vond. Te moeilijk, omdat hij niet begreep dat ‘groote-menschen’-oefeningen, ook al worden zij op kinderlijke wijze gecommandeerd, daarom nog niet worden opgenomen.
Te lang hebben wij ons aanvangsonderwijs georiënteerd op het onderwijs in hoogere klassen. Het kind, fantast als het is, voelt andere bewegingen aan en ziet, nu kwam een richting, die ik bij intuïtie voelde, baanbrekend werk doen. Thulin, Gaulhofer en anderen brachten ons de kindergymnastiek, ontdaan van alle stram-gymnastische regels. ‘Het spelen werd leeren’, het kind was ons. Wat wij Hollandsche gymnastiekleeraren te weinig durven, doen en deden buitenlandsche collega's, zij zetten hun gedachten op papier en zoo ontstond o.a. een werkje van Majoor Thulin dat door den arbeid van Mevr. Vrugtman - van Nouhuys te Rotterdam nu in het Hollandsch verschijnt.
Intusschen is ons uit de Duitsche vertaling Thulin's streven reeds bekend, doch hoop ik, dat deze in het Nederlandsch vertaalde handleiding zal medewerken om zoo spoedig mogelijk de 1ste en 2de klasse weer in handen van den vakman te brengen, opdat door aaneengesloten onderwijs kan worden bijgebracht wat de kultuurinvloeden het groeiende kind ontnamen.
Ik wensch dit werkje van harte succes, ook al zal het door een eigenaardige nomenclatuur, hier en daar door vertaling ontstaan, niet bevorderlijk werken aan het brengen van éénheid in de wijze van uitdrukken bij ons onderwijs.
Den Haag, Juni 1929.
W. BOER.
leeraar i/lich. oef. gem. lyceum en kweekschool instituut voor lich. opv.