De schadt-kiste der philosophen ende poeten(1621)–Jan Thieullier– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina *5] [p. *5] [Goud bloem] Samen-sprekinge. Peoen. ICK bruijn-roode - Pëoen heet vlijtich willecomme, V gloeyende-geel en genees-rijcke, gout-Blomme. Hoe sal ick naer verdienst v loonen dese deught Dat ghy soo const-cierlijck ons feest, en hert, verheught? Govt-blom. Ick danck v vande eer die 't v belieft te geuen Aen ons, die t'uwen dienst dienstwillichlijcken leuen. Het geen dat ick verthoon in const, is tot ver-eer Van v Loff-rijcke Feest: en dat ick mijnen keer Soo tot v neem, dat is: v const rijcke gesinden En sommige van mijn sijn trou-hertige-vrinden. Peoen. Deur vrintschap crijght den mensch, deught, wijsheyt, eer en const: Voor jegelijcx gemoet, geluck wenschingh' en jonst. Sijt drijmael willecom: met v vergaer te samen. Geen meerder vreught dan daer oyt const en vrintschap quamen Gelijckelijck by een. Govt-blom. En die sijn nu vergaert. Loff const minnnich versaem! Die hier de const bewaert Voor on-eer ende nijt. Dees beerelijcke feeste Is sinder Mars bedwangh, in heerlijcheyt, de meeste Die ick noch heb gesien. Neemt danckelijck, in danck Ons ongeciert, gerijm: Daer ons Liefde toe dwanck Meer dan de wetenschap van const. VVy Ionge Ieughden Sijn, t'uwen dienst bereyt, voort groeyende in Deughden. P.L. Van Hoochstraten. [pagina *6-*7] [p. *6-*7] [pagina *8] [p. *8] Poeten sullen Rhetorica trou-lyck minnen Maer Bacchus schouwen met prudencia goet Want hy stelt ter sijen veel leer-baer sinnen Die deur hem ver-liesen den lauwerieren hoet. In liefde verheught. Vorige Volgende