Hoofdstuk 14
De lange termijn oplossing
Nee, overpeinsde Troela, ze mocht niet klagen. Het leven was bepaald niet slecht geweest voor haar en de andere dieren. Ze deden hun werk en waren trouw aan hun mensen. Hun mensenkinderen waren groot geworden en binnen niet al te lange tijd zouden die hun eigen weg kiezen in de grote mensenwereld. Daarover maakte Troela zich geen zorgen.
Haar mensenkinderen kon ze ten volle vertrouwen. Die hadden de juiste opvoeding gehad, dat wist ze zeker omdat zij en haar zoon Luuk daar een stevige poot in hadden gehad.
Alleen dat burengebeuren, dat bleef haar stille zorg.
In het weekend zag ze dat de kinderen in het buurhuis ook groot waren geworden. Hun gedrag was er niet op vooruit gegaan.
Evenmin als dat van de grote mensen daar.
Ze waren niet kind- en diervriendelijk, vond Troela, vooral haar eigen mensenpup KAA lieten ze links liggen. Dat kon hem, KAA, niet zo veel schelen.
Hij hield zich bezig met zijn eigen werk en had zijn fiets. Niet een gewone fiets met twee wielen, maar zo'n heel mooie grote, met twee achterwielen en één voorwiel, een heuse driewieler.
Hij kon niet leren fietsen op een tweewieler, maar hiermee reed hij trots en fier rond. Gek dat die buren daar zo geringschattend naar keken.
Eigenlijk vertrouwde Troela hen niet. De hele sfeer was vreemd.
Instinctief voelde Troela dat er iets niet klopte.
Ze kon er niet echt haar poot op leggen, maar er was iets mis.
Nu het met de boerderij van Pa zo goed ging en Troela had begrepen dat al die financieringsplannen tot een goed einde waren gebracht, was haar bezitterinstinct nog sterker geworden.
Misschien voelde ze daarom onheil naderen.
Wat Troela nog het ergste vond was, dat er geen manier was om over deze instinctieve gevoelens te communiceren met haar mensen.
Die hadden niet in de gaten wat er broeide...
Dat er op een vreemde manier naar de varkensstallen werd gegeken...
Die mooie grote stallen, waar die varkens gemest werden, biggetjes werden geboren en waar ze bij elk hok zo'n uitloop met lekkere modder hadden.
Tenminste, varkens vinden het fijn om een modderbad te nemen.
Troela zelf ging liever zwemmen in de zwamp, waar het water helder was.
Ook de weilanden, met die prachtige grasgroene begroeiing, waar je zo lekker in kon rollen, werden vreemd bekeken.
Ja, ze wist het zeker, er werden snode plannen gesmeed.
Maar zij, Troela, zij kon niet anders dan rustig afwachten, goed voor haar mensen zorgen en extra goed opletten.