Hoofdstuk 5
Security
Pa had een boerderij. En het feit dat ze op boitiGa naar voetnoot5 woonden had de honden en de mensenkinderen alle voordelen geleverd tijdens hun vroegste jeugd.
Heerlijk buiten zijn, ruimte genoeg voor honden en kinderen en andere dieren en mogelijkheden te over om die zo speciale band tussen dier en mensenkind op te bouwen. Nu de kinderen groter werden en ze zelf volwassen waren zagen de honden dat de boerderij ook was gegroeid.
Die was klein begonnen met een paar varkens, maar nu waren er echte varkensstallen aan de andere kant van het terrein, ver van het woonhuis.
Zo kon je de varkens bij het huis niet of nauwelijks ruiken en helemaal achterop, als je de dam over ging dan kwam je bij weilanden, die verdeeld waren in blokken voor de koeien.
Troela gaf aan dat het tijd werd voor meer serieuze overwegingen.
De tijd van alleen maar spelen was voorbij, ook voor de mensenpups.
Zij moesten naar school. Dat hoort nu eenmaal zo voor mensenkinderen.
Troela en Luuk vonden het wel stil toen de kinderen overdag naar school waren en daarom zochten ze andere bezigheden.
Troela concentreerde zich op haar nieuwe taak: bewaking.
De boerderij was heel klein begonnen, maar inmiddels tussen alle bedrijven door zodanig gegroeid dat bewaking een belangrijk item was.
Troela verwachtte dat ook Luuk dat zou begrijpen en dat deed hij ook wel, maar Luuk had ook nog andere dingen aan zijn kop.
Gelukkig hadden Pa en Moe aandacht voor de noden en behoeften van de honden en zagen ze ook dat security een serieus bedrijf is. Ze schaften nog een paar collega's voor Troela aan, teefjes, die zich konden onderwerpen aan haar leiderschap, en die het ook waard waren als potentiële ‘paar’ voor Luuk op te treden. Dat lukte mooi allemaal.
Troela was blij om iets nieuws om poten te hebben nu de mensenkinderen naar school waren en Luuk was blij met zijn harem.
Er waren grote stallen en schuren te bewaken naast het woonhuis van de mensen en mensenkinderen en de koeien die in de wei liepen hadden oppas nodig.
Na korte tijd kwam er uitbreiding van het hondenbestand. Verschillende nesten met puppies dienden zich aan en Luuk was de vader van allemaal. Van alle nesten werden de puppies verkocht, maar KAA en WOW mochten uit elk nest een puppy houden. In overleg met Troela en Luuk werd er steeds bepaald welk klein babyhondje zou blijven en zo groeide de roedel tot twaalf honden.
Voldoende om het hele boerenbedrijf te bewaken en te beveiligen.
Troela was natuurlijk de leidster en zij verdeelde de taken.
Overdag als de kinderen naar school waren en Moe naar het werk, dan was het woonhuis onbewaakt, want Pa was dan elders op de boerderij aan het werk.