‘Imro, Imro, wordt wakker. Je bent nog lang niet klaar!’
Het is Enrico, die me wakker maakt. Hé, ik droomde net zo lekker.
En nog toepasselijk ook. Ik droomde van zeekoeien. In de vakantie waren we naar het binnenland en we hebben toen inderdaad een lamantijn gezien.
Maar toch, Enrico hij heeft gelijk, er is nog heel wat te doen, voordat mijn woordenlijst af is. De rest van de middag werk ik serieus door en ook 's avonds doe ik nog een stukje. Zo, nu krijg ik het zeker op tijd af. Met een gerust hart ga ik naar bed en val direct in slaap. En weer droom ik van Valentijn, de lamantijn.
... De zeekoe in het bassin in Artis kijkt uit naar de jongen Imro, die zo gezellig bij hem komt zitten en tegen hem praat. Hij wou maar dat hijzelf ook kon praten, dan zou hij hem vertellen van zijn kiespijn. Gelukkig daar komt hij aan. Aanhalig steekt Valentijn zijn kop omhoog naar de rand van het bassin waar Imro gaat zitten. Imro steekt zijn hand uit en aait de grote natte kop. Hij buigt voorover om er goed bij te kunnen. Per ongeluk stoot hij met zijn hand tegen de mond van de lamantijn.
Valentijn schrikt en met een diep gekreun verdwijnt hij onder water.
O jee, denkt Imro, zou ik hem pijn gedaan hebben, maar zo hard was het toch niet? Hij tuurt in het water om te zien of Valentijn weer boven komt. He ja, daar komt hij weer langzaam omhoog, met zijn bek half open. ‘Wat doe je nou gek,’ zegt Imro. ‘Doe je mond dicht dan zie je er niet zo stom uit.’ Maar Valentijn spert zijn bek nog verder open en Imro begint iets te begrijpen. ‘Heb jij soms iets in je mond? Of heb je kiespijn? Laat me eens kijken.’ Imro heeft in de informatie over lamantijnen gelezen dat hun kiezen permanent blijven wisselen. Zou er nu misschien oen vast zitten, die eruit moet? Imro gaat op zijn buik op de rand van het bassin liggen. ‘Kom hier en laat me eens goed kijken,’ commandeert hij. De zeekoe begrijpt dat hij geholpen wordt en zwemt tot vlak onder Imro's gezicht. Hij spert zijn bek wagenwijd open en warempel, Imro ziet een grote kies, die nog maar half vast zit in het tandvlees. Dat zal best pijn doen, denkt Imro, maar kan ik zo maar mijn hele hand in die grote bek steken? Zou hij mijn arm er niet afbijten?