Yasser moet een paar keer op de starter trappen voor hij aanslaat.
Er zit zeker lucht in, denkt hij, maar dan pakt hij.
Niet nog meer gene gelukkig.
‘Zo,’ zegt de motorrijder. ‘Jij bent Yasser, geloof ik, ik ben Henk van Kessel. Jemaya heeft het wel heel vaak over jou.’
Terwijl hij zijn rechterhand uitsteekt om kennis te maken, tilt hij met zijn andere hand de helm van zijn hoofd. Yassers mond valt wagenwijd open van pure verbijstering. Hij kijkt naar het gezicht dat tevoorschijn komt. Die vent is een oude man! Een opa! Nog voor die gedachte helemaal is afgemaakt dringt er iets anders tot hem door.
‘Henk van Kessel, wereldkampioen. De TT van Assen in 1974,’ zegt Yasser vol ontzag.
‘Klopt’ zegt Henk van Kessel, ‘Hoe weet je dat allemaal?’
‘Google op motorraces’ antwoordt Yasser. ‘Dat is mijn hobby.’
‘Ik ben Jemaya's opa. Motorrace is ook mijn hobby.’
Yasser moet er even bij gaan zitten.
Dan begint hij te lachen.
Voor het eerst sinds dagen, sinds weken lacht hij weer.
Hij kan er bijna niet mee stoppen.
Jemaya's opa...
Jemaya heeft het heel vaak over me...
Er is hoop!