Tweede deel der mengelzangen
(1695)–Cornelis Sweerts– Auteursrechtvrij
[pagina *3]
| |
[pagina *4]
| |
Wat baat het dat ik u in schets vertoon uw Vad'ren
Als Burgerheeren, die gy volgend' tracht te nadren?
O êdle Witzen! gy zijt meerder achting waard,
Om dat gy tijd noch vlyt aan wetenschappen spaart,
Dan afgedaalt te zyn van't hoog geslacht der Goden.
De Dicht- en Zangkonst konnen elk tot blydschap noden,
Heel zoet verrukken, en regeeren het gemoed,
Waar door het vrolyk deugd en wetenschappen voed:
Indien van beide dan u hier iets kan behagen,
Verheug ik my in de eer van u dit op te dragen.
1695. VE. minste dienaar,
Kornelis Sweerts. |
|