Mengelzangen en zinne beelden
(1694)–Cornelis Sweerts– Auteursrechtvrij
[pagina t.o. 78]
| |
Vrees spijt noch nijt; maar zeil ter veil'ger haven in,
Dewijl de Troú verstrekt het baken van de Min. | |
[pagina 79]
| |
De nyt vertreden en vernielen,
Wat over zoet geneugt,
Hoe zie ik in gepaarde woelen,
Een gloed van heil'ge minnebrand,
Die noit kan flaauwen of verkoelen,
Maar herten bind met vaster band.
2.
Daar liefde paart met min,
Verzelt van kennis en van reden,
Verwacht men aardsche zaligheden,
En rust voor ziel en zin.
Gelukkig die getrouw beminnen,
Zelf d'onmin en de nyt ten spyt:
| |
[pagina 80]
| |
Die zietmen eind'lyk overwinnen,
En trots braveeren spyt en nyt.
3.
Gelieven, die op aard,
Op een gerust gemoed moogt roemen,
U magmen wel gelukkig noemen,
Die 's Hemels gunst zyt waard.
Gy hebt het beste deel verkregen,
Wanneer gy vol genoegen mint:
Den Hemel geef uw syne zegen,
Met wien gy uwe trouw begint.
|
|