Natuurpoëzie(1930)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 92] [p. 92] Als in een morgendroom Gelijk een landschap in een morgendroom, Onwezenlijk, in nevelgaas, dat spon Met regenwierook blonde lentezon, Golft, teêr mysterievol, de boomenzoom, Een groene zee, op blank van horizon - 'k Verbeidde vroeger achter elken boom Een wonder, maar nu houdt mij ver mijn schroom Van raadslen, die ik nooit doorgronden kon. Bedwelmend drijft een loom aroom van vlier Door 't hoog gewelf der plechtige eikenlaan Met meidoornreuk en geur van eglantier. Ik tuur naar 't spel der windbewogen blâen, Als vlinders groen, die flappend vleugelslaan - De verte lokt, maar veilig blijf ik hier. Vorige Volgende