Natuurpoëzie(1930)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 77] [p. 77] Naïeve liefheid Naïeve liefheid van vergeet-mij-nietjes, Violen, vroegling, onschuld, eereprijs! Als Arons staf gaat bloeien elke rijs. In licht jong bladgroen lokken vogelliedjes. Toen elke sloot gevangen lag in ijs, Hoe blij leek dolen langs bevrijde vlietjes En rust in hei, waar, buigend ruige sprietjes, De bijen zoemen zoete honingwijs! 'k Weet niet waarom dat rosrijp haverkoren, Die lijsterbes vol trossen bloedkoraal, Die laan, doorzoefd van plechtig herfstkoraal, Die bladerregen, latend boomen kaal, Met waaiend boschgoud vullend woudzoom-voren, Mij dezen Mei doet lijken leeg en vaal? Vorige Volgende