Natuurpoëzie(1930)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 36] [p. 36] Herfstaarde Toen vroeg ik de Aard: - ‘Wil van uw kracht mij geven, Om met een glimlach, kalm en zonder klagen, Met trotschen tred bergóp te blijven dragen De ál zwaarder last van 't kruis, dat plet mijn leven.’ Toen liet, sibyllisch antwoord op mijn vragen, De wind, doorruischend de ijle Octoberdreven, Waar 'k lag en wachtte - en 't kruis lag zwart daarneven - Een gouden vlucht van blaadren nedervlagen. In 't goud der boomen lag ik lang verzonken En dronk mijn ziel aan aarde-aromen dronken - Kalm rees ik op en kon mijn kruis weer tillen. En sedert voel ik, als een teedre zegen, Uit mos en aarde en blaadren opgestegen, Berustingkracht mijn zingend bloed doortrillen. Vorige Volgende