Eenzame bloemen(ca. 1885)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 113] [p. 113] LI. Ik blader in mijne boeken, Doch hoe ik mijzelve plaag, Ik kan den zin maar niet vatten, Ik kan maar niet lezen vandaag. Wat snikt daar in mijnen boezem? Wat klopt daar zoo wild en woest? Een sluier omhult, mijne oogen, Het is me of ik weenen moest. De storm begint te huilen En schudt de boomen kaal. - Ik kan geen woordje begrijpen, Al lees ik het twintigmaal. De witte vlokken dwarrelen En stuiven op den grond. - In golvende reien dansen De zwarte letters rond. [pagina 114] [p. 114] Ik kan niet lezen, niet denken, Het boek valt op mijn schoot. O mochten mijn tranen vloeien, Ik weende mij stellig dood! Vorige Volgende