Eenzame bloemen(ca. 1885)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 112] [p. 112] L. Een fijngetinte najaarshemel. Als teederblauw vergeet mij niet, Waar perelgrijze wolken drijven, Ginds, ver, in 't nevelig verschiet. De zon beschijnt kastanjeboomen - Die prijken fier, in vollen dos, Bemaalt met goudgeel, door October, En hier en daar, met bruin en ros. De zoele wind beweegt de toppen, De blaadren vallen op het zand, De donkerbruine, droog en rimplig, De gele, met een purperrand. En vrede, stille reine vrede Is alles wat ik om mij zie: De lucht, de wolken en de boomen, Eén zachte kleurenharmonie. Vorige Volgende