Bleeke luchten(1909)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 164] [p. 164] LXXIX. Roos van Jericho. In bleekgeweende aroom - en zondoorzoelde Boschluchten luw voelde ik mijn ziel, die noô Meer leefde, ontwaken, blij-verwonderd voelde 'k Haar openluiken, roos-van-Jericho, Die blaadre' en knoppe' uit donkre dorheid woelde In wéldoend water. - Voelt een moeder zoo 't Beloofde kind, waar stille droom op doelde, Niet zacht bewege' en zwijmt van eerbied vroô! [pagina 165] [p. 165] O sprei maar wijd uw reine blaadren open, Mijn roos-van-Jericho! voor winterwind Wil 'k u beveilige' en met trane' u doopen, Waarin ge een bad van warme wijding vindt. O vul mijn Zelf met zalig-trillend hopen, Mijn Ziel, mijn godgeschonken hemelkind! Vorige Volgende