Beelden en stemmen(1887)–Hélène Swarth– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 114] [p. 114] XXIII. Bij de leege wieg. De moeder weeklaagt bij de leege wieg. En, door een spleet der blinden, glijdt een straal Der morgenzon, op 't losgewoelde haar, 't Verlaten leger, waar haar kindje sliep, Gansch overstroomend met een gouden vloed. En zacht verguldt diezelfde zonnestraal, In gindschen hoek, het kopje van een kind, Dat bitter schreit om haar gebroken pop. Vorige Volgende