| |
| |
| |
Ao. 1727. No. 21
De vervrolykende Momus, of koddige berisper.
Maandag, den 5. Mei.
DE meeste nouvellisten zyn van advies, dat de Generaal de las Torres den afmars zal doen blaazen van Gibralter met den spreuk: in magnis voluisse sat est, dat is na de vertaling van Momus te zeggen, niets is te zwaar voor den willende. Wanneer een hedendaags Digter dat simbolum heeft opgevreeten, kakt hy vaerzen, zonder zin, of slot, want ondersteund door een leger Poëtize rodomontades ziet hy den Pindus, en zyn rots al zo beklimbaar aan, als een Antwerpze Courantier de Herculespylaaren van Calpe, en Abyle. Zo een Gazettier vooringenomen met een Spaanze Grandes agt een Engels Garnizoen, voorzien met kruit, en loot, net zo veel, als lieden van fatzoen de lasterblaffingen van een razende reu, en zyn teef. Zo draa de harssenen van een man eens ontsteld zyn door een zugt, om de nagt, met de naam van den dag te kroonen, zo is 'er geen helpen aan. Hy ziet alles verkeert, en schoon hy voeld, door den windmolen getroffen, dat zyn Don Quichotze geest niet magtig is om alle zaken te reguleeren na zyn capricieuse bevattingen, nog blyft hy pal by dat opzet, om door verkeerde, ik zeg logenagtige tydingen aan al de waereld te doen zien, dat het zyn schuld niet is, dat de begonne oorlog niet uitvalt ten voordeele van die party, die hy heeft geamplecteert, door een zekere ik weet niet waarom, die hem doed passeeren voor een bezeten nar. Zo iemand my vraagt, of ik nu op een Amsterdamzen, of op een Antwerpzen inwoonder oog? die geef ik tot antwoord, dat de Lezer nooit kan mistasten, als hy na zyn vrye keur hier in te werk gaat, want is 'er in Braband gebrek van ligt, en
| |
| |
reden by een brievenknoeijer, hier schuilt niets, als logen, bedrog, en lastering by een koppel pasquilfabriceurs, die hunne weldoenders geen schoenen, na hunnen voet leveren, maar na de haare, die door al te hoog te steigen op het tipje staat, om nolens volens te duiken in dien kuil, die een ondankbaare kwaadaardigheid heeft gegraaven voor haaren Mecaenas. Dit laatste woord, zynde een nomen proprium, is hier dubii generis, en daarom is het thans meêr faeminien, dan masculien, gelyk de tyd binnen kort staat te leeren.
De zinspreuk: verzind, eêr je begind, kan niemand verkeerdelyk toepassen op de belegeraars van Gibralter, want weeken, en maanden te vooren is 'er rypelyk overwoogen, dat die stad noodzakelyk hoorde gehegt te zyn aan de Spaanze kroon, en daar op is 'er geresolveerd, in spyt van alle ondoenelykheid, om de zaak mogelyk te doen zyn. Laat nu lieden van minder bryn, dan het myne is, hier vry al tegens inbrengen, wat ze begeeren, wy zeggen, dat de generaal de las Torres een zaak heeft begonnen, waar over duizend oordeelkundigen hebben verzet gestaan. Een gemeene daad te onderneemen past aan een gemeen soldaat, maar een held, wiens degen geheiligd is aan een weêrgalozen moed, ontziet zig niet bergen te verkruijen, als ze anders niet te zwaar en vallen. Nil volentibus arduum, dat is te zeggen: Het is genoeg iets groots gewild te hebben. Typhon had een opzet, dat, by aldien het gelukt had, hem een lof zou geschaft hebben, waar over de Naneeven der Reuzen alle jaar den Te Deum zouden gezongen hebben, en hoewel het hem dapper ontschoot, nog staat hy in de jaarregisters geboekt, als een razende Roeland, die met de klippen, en de rotzen knikkerde, gelyk de Engelze met hunne bomben, en kanonballen. 't Is wel waar, dat de laatste meêr aangooijen, en raken dan de eerste kon doen, wiens bol, geinfecteert door de liefde tot zyn matres, die behoorelyke bezadigdheid had gequiteert, die 'er vereist wierd, om den Moor te bespringen, dog de eerste stout op hunnen dam blaffen uit mortieren dermaten, dat het al een man van veel cordaatheid moet wezen, die ten weinigsten niet een voet breed wykt, als men met een veertig of vyftig pond eizer na den kop word gebruid. Als ik zulke zaken overdenk, en de couragie beschouw der troepen van Mars, dan denk ik, wat scheelt een Poëet niet veel van een generaal, en zyn gevolg. Voor een pas- | |
| |
quil beeft een eerlyk gemoed haast zo veel, als voor een inpertinenten schuldeisser, daar een man, die de adel in zyn aderen zit, net zo veel geeft om het barsten der bommen, als een Hoogduits Baron om de rekening van een diefagtigen Snyder. Daar veegt een Cavaljier, met oorlof den poort aan, en waaren de minnebrieven van het geschut niet al te heet, wie weet wat de Officieren, met de gloeijende naarswiszen van Pluto zouden bakken. Hoe meêr ze die cedels van verre leezen, hoe hunne Spaanze brillen meêr uitdyën: komt de regte donder Salmoneüs te na, hy buitelt van den koperen brug, met zyn ratel. 't Affuit, met zyn ballast kan hem niet dekken voor den blixem des overwinnaars. Geenzints, als Perseüs op zo een Pegasus zit, dan word 's Lands Andromeda op den rots geveiligd voor het alvernielende monster. Zy danst een minnewetje onder de varsse lakens, en zonder zig te bemoeijen met Meduza, of de drie gezusters met een oog, speeltze met haaren minnaar het meilied, dat de dienstmeiden tegenwoordig met hunne groene moffen, op de huuwelyksspryën zingen. Daar zou ik vry wat van konnen verhaalen, had ik niet een Martiale wind gevat, en om dat te toonen, zo dunkt my dat byaldien ik thans een Soldaat was, die gecondemneert scheen om voor een vest te sneuvelen, dat ik den oorlog zou vervloeken. Ik duëlleerde liever met een fles wyn dan met de contrescharp van Gibralter. Eêr occupeerde men duizend wyven, eêr men een buitonwerk dier stad innam. De Engelzen zyn niet half zo ligt te winnen, met een cordate resolutie, als de Nederlandze Juffers, door een vleijend accent. Doe ik de eerste tydingen van broeder Aartsens doorlas, dagt ik wat zyn die van Albion wel opgevoed, dat ze hun prepareeren om te vertrekken, op de eerste aanspraak der Vliesridderen, maar nu, nu zie ik dat het al meê geen katten zyn, die men zonder handschoen kan aanvatten. Al had men het zwaard van Duc de Alba in de vuist, dat zo veel koppen in Nederland heeft gekloofd, nog luisteren die Geuzen na geene vermaaningen. Dat zyn versjarde capoenen, Sinjoors, ze vraagen na geen ban, of inquisitie voorstanders. Al laade men al de kanonnen met rozenkranssen, zy zouden daarom niet een avétje lezen. Neen, hartnekkig op hun credo bestormenze de levendige beelden dermaaten, dat het te vreezen is, dat de krukkenmakers vyf schoft op een dag zullen dienen te wer- | |
| |
ken, om al de lampooten aan een paar stelten te helpen, die geen lieve Vrouwenbeeld in de heele waereld in vlees zal kunnen herscheppen, al hadze beget al de misterien van den heiligen roozenkrans op haaren miraculeusen duim van buiten geleerd. Kon Jacob van Compostel dat kunsje, wie weet of hy geen meêr inkomen kreeg, dan de Monarch der Spaanze natie trekt. Hy wierd van een geweze armen Apostel zo wel een Grande van Spanje, als de Hartog van Ripperda, en 't zou zyne Munniken ook beter bekomen dan hem, die omtrent zo veel op het einde der zaaken heeft gelet, als Brita op het begin van haaren dollen propheet doet. De laatste heeft een assurantie te baat van de nikker, wanneer hy voor Bileam klimt op die ezelin, die gewettigt waant te wezen door de geest der vryheid, om al die geene dienstbaar te maaken aan laster, en logens, die geen amen zeggen op haar koppige assurantie, die zo ver steigt boven de pyl der billykheid, dat alle reden van nu af aan verzet staat over de ongehoorde kwaadaardige schendtaal van een lompe meid, die, elders voor een booze zottin uitgespoogen, hier loopt dwaalen met blaauwe boekjes, die zo infaam zyn, dat eerlyke gemoederen gruuwen die te zien, of te hooren. Ik zal thans geen pen trekken tegens dat nagtspook, door haar gekroonde Morgenstond dermaaten in den helderen middag te zetten, dat ieder zal vlugten voor het kwyl, en het zever van een razende kat, maar dit spaaren tot dien tyd, dat ik de hardersstaf gebruikt tegens de Magistraat der Stad Haarburg op den rug zal passen van dien Doctor Phil: & Medic: die aan de manier van zyn behandeling klaar toond, dat geen hovaardige geest de magten over hem gesteld, wil onderworpen zyn, voor hy door klem van wetten, en hoger magt daar toe verbonden word.
Hier zie ik eêr kans toe, dan tot de winst van Gibralter door de Spanjaarden, die al op de uitkeiken der havens over al posten buiten twyffel hebben besteld, om hun dog, op het arriveeren der keizerlyke hulpbenden, aanstonds kundschap te doen hebben. Bloed! komen de Duitzers, die ordinarie vroeg te veld zyn, over de zee, met Oostendize scheepen, wat zullen de Britten kyken! 't Zal zyn, mannen, pakje begagie, en daar meê aan boort. Dat zyn, haal mig ter Theibel, keine foksswantzers, maar pompernikkelfresschers von der andere welt. Die gebruiken geen snuiftabak om
| |
| |
de herssens te zuiveren, maar die haalen liever het sal cornu cervi der Spanjoolen zo in dem nase hin auf, dat ze de geur van het buspoeder niet eens konnen ruiken. Dat volk schynt gebooren, om door den degen te sterven. Heerelyk lot der Soldaten wat zyt gy voortreffelyk! Pas kan een bovenlandze boer gaapen, of hy word geprest om kogels te vreeten. Das gantsche maulwerk stecht nach dem krieg. Ze schreenwen als malle Gulikers, als zy den trom hooren, en komt 'er den foesel by, zo vloekenze de kanonnen in den brand. 't Is weg met de hazenkoppen, als de eizere haanen kraaijen. Kon ik meêr zeggen, tot glorie van Bellona's Wysgeeren, ik wierd zo razende dol, als een Soldaat, wiens heele geleerdheid bestaat in regts of lings om keerje, 't Zou zyn, geef vuur, en daar meê was myn Thesis verdeedigd, en beweezen. O die leszen zyn van kragt! Met raazen, en vloeken kan men gemakkelyk zyn party verduuren. Zo doen de R. Orthodoxen met de ketters, en de ezels met Apol. Als de Philosophize klemredenen niet huizen by de bovendryvende maats, zo zyn de complimenten van kwaade scheldnaamen de duivelen, die de duivelen, zo ze waanen, uitwerpen. Als je zo een twee, drie uitgeblixemde titels na je gat krygt, benje haast zo veeg, als of je van Doctor Crispyns schoenpik een half pond in je darm had gestuuwt. Tegens dat vergift is geen raad, als oly van zagtmoed te slikken. Hier maar een onsje van gebezigd, en daar vry wat passientie water op gekloddert, maakt de geest in staat, om van alle boosheid gezuivert te worden. Geen beter braakdrank is 'er in de geheele waereld bekent, als de lydzaamheid. Al had iemand een schoenpin ingezwolgen zo groot als Doctor Crispyns herdersstaf, nog zou hy langs den stoelgang van bezadigde reden een opening vinden, by aldien men zyn tyd afwagten, om ze hem weêr te doen opflokken, ofze van Brita, als een ingebeeld rein dier te doen herkaauwen. 't Zou 't eerst niet zyn, dat die geestelyke zuigster aan een vleeszelyke kokinje had gelurkt, want die haar grollen, en zyn prullen leest kan gemakkelyk merken, dat het vlugtige kwik van de eene kei in de andere is overgegaan door een magnetise trek, die synpathetischer wyze twee zielen magice zo verëent, dat het wonder is, dat 'er geen wezentlyker jongens van groeijen, als papiere kinderen. Uit zo een verborge huuwelyk hoorden immers zoonen en dogters te bot- | |
| |
ten, die geheel bekleed met vel, en beenderen in staat waren om de spookige Ideën lighamelyk te vertoonen. Dog wat zal men zeggen, de kunst om onder eenen deken met zyn beide te leggen, wil juist altyd niet hotten. Dit hoorde wel te geschieden, als een universeel geneesmiddel, maar lukt gelden, om dat de wyzen geen gekken willen laaten opzitten. 't Zyn al geen ezelinnen, die Bileam ontmoet. Veele Israëliten walgen van dat kalf te groeten, dat door Moses moet vergruist worden, zal Arons altaar schoonder bloeijen. Dat we dit mogen zien is de wensch van Momus, die byna de heele Soldatery scheint te vergeeten, als hy om compleete zotten denkt. Beter wedergekeert na de Legerhelden, die hun lighaam maar by de maand huuren, en nog hebbenze werk te bestaan, en den huispagt op te brengen. 't Is of de arremoede, en het gebrek de lakkeyen zyn dier Heeren. Buiten het zilver, en het goud op den rok vind men doorgaants niet in den zak. Leeven de Cappucynen van de Lazarusklep, Gradivus lyfstaffieren subsisteeren circum circa van de wind. In dat punt zyn het gezwoore Poeëten, met dit onderscheid evenwel, dat de laatste byna nimmer hun buik vol kreigen, terwyl de eerste nu en dan, door een roofje op den Boer te haalen, zomtyds eens glorieeren, als goudmakers, die de een of den ander opgeligt hebbende, hun hartzeer verzetten door het zweet, en het bloed der door hun bedroogene kooplieden te verörberen. De groote vissen eeten de kleinen, en de eene gek peuselt den ander. In summa, daar is zo veel harmonie in de waereld, dat het zonde en schande is, en nog zynder bedilallen, die alles bestraffen. Neen dan ben ik een ander kaerel. Ik hou het beget met de bovendryvende party, en nog heb ik het kwaad genoeg: want prys ik de een, de ander word kwaad, zonder te bedenken, dat al waar 'er twee om de hoogste oogen gooijen, dat 'er daar een moet verliezen. Spanjen of Engeland willen in de possessie blyyen van Gibralter, en dat hangt thans af, hoe het de degens onderling verstaan, ten waare het wierd bemiddeld door vrediger contracten. Als de Vorsten accordeeren kunnen, zullen de Onderdaanen geen questie moveeren. Die slagten de ossen, waar men ze leid, daar gaan ze. Stuurje een Soldaat na de hel, hy laat hem een warm soopje tappen, en weg is de vink. Zegje, kaerel daar is de hemel der vrede, hy zet zyn broodwinder op stal, en ryd op den ploeg, als een jager op zyn
| |
| |
merrie, zonder eenige nazinning, want het oordeel der kleinen is zo verbonden doorgaants aan de willekeuren der grooten, datze geen hart hebben, om te onderzoeken, wat de mensheid is. De edele vryheid der ziele is verlooren. Adam wiet den akker verkeert, want hy laat zyn distel staan op Evas veld, zonder te begrypen, dat de beste bloemen daar door schipbreuk leiden aan haar geestelyke aard, en natuur, die als vertreeden, pas wortel of spruiten behouden. En bleef het hier slegts alleen by, dat men het onkruid liet groeijen, 't was nog, hoe duldeloos, te dulden, trok men op veele plaatzen de waarheid, en de wysheid zo niet uit den grond, dat een voorbyganger, of beschouwer niet eens kan vinden, waar ze gestaan hebben. Hoe meêr die manier de overhand krygt, hoe souvereinder de logen heerst. Dit is de waare reden, dat het heele schepzel zugt onder den last der dienstbaarheid, want na maate van de blindheid der gemeente heerscht de eigenbaat, en die maakt slaaven, door zyn wrevelige tiranny, waar door de eene alles verssind, en de andere niet behoud. Zoekt een arme iets te verkreigen, door middelen, die niet accordeeren met de landwetten, die word infaam verklaart, zonder dat die geene bedenkt, die in de possessie der aardze goederen zit, dat het infaam is zyn buurman reden te geeven, om door nood vaak dat geene te breeken, 't geen zelver overeenkomstig is met zyn eige willekeuren.
De Vorst van Marocco heeft by de honderd jaar niet alleen geleeft in volle weelde, maar hy heeft over de twee honderd zoonen, buiten een grooter getal dogters, nagelaaten, en dus in zyn land bezeeten, wat het waerelds geluk iemand kan schaffen, en ondertusschen hebben honderd duizenden zyner onderdaanen gezugt, onder zyn heerschappy, die nog het een, nog het ander genooten hebben. Van waar komt deze ongelykheid onder het zelve bloed van Adam? Denken Eva's kinderen dit wel eens na? Weeten ze de reeden wel van het verlies der goude eeuw? O neen! niemant let op zyn eerste vryheid: elk is verbannen buiten het Paradys, door het zoeken van duizend vonden. Ieder wil een steen aan Babels steilte brengen, en dus dienstbaar blyven aan de boovenkraaijende tooren, waar door de spraaken zo verwart blyven, dat de eene van geen overdaad, en de ander van geen gerbek wil hooren. 't Jan hagel is te vreeden tusschen de dartig, en veertig jaaren voor Ceuta te leggen, en daar van tyd tot tyd te versmelten, als sneeuw voor de zon, zonder te bedenken, waarom zit
| |
| |
myn Sardanapalus tusschen zyn wyven gerust, en bevreid voor de meinen der Spanjaarts. Roept de regeringsstaf het Moorze kanalje weêrom, 't is al weêr te vreeden, om als een deel jongens uit de school van Mars na de hutten der vreede te keeren, of na een slimmer bloedtoneel te trekken, als het tot nog toe heeft bygewoond, om de een of de andere pretendent te staaven in zyn gewaand regt tot den troon. De koningen duëlleeren zelden. De schermkunst is meêr in gebruik by de boeren, dan by de edelen, en schoon de laatste dat kunsje meêr op de Accademiën leeren, zo oeffenen dog de burgers dat ambagt geduuriger tot hun onderling ruien, dan het die geene hanteren, die in de lands- en stads kaarten, en prenten de vesten alle daagen zien, en belegeren. De koffihuis senatoren, de kantons der wynen der bierhuizen, de staaten van kolfbaanen en verkeerborden hebben die maximen fiks, tot zo ver zelfs, dat een deel reizigers, die nooit buiten hun moeders keuken zyn geweest hun niet zullen ontzien, om onder het verwedden van veel of weinig geld, een stad, die ze niet en kennen, op een zekeren tyd, overeenkomstig met hunne caprice, te leeveren in handen van de belegeraars, of hem te bewaaren, zo lange als zy het willen, en begeeren. Wat zegje Lezers? ontbreekt het ons Land aan wysäarts, als 'er zulke snaaken zyn? ik zeg neen. Laaten die van Gibralter van buiten, en van binnen vry disputeeren met kanonnen, en mortieren zo veel als zy begeeren, elders worden de maatregulen beraamt tot hun ondergang, of behoud. Bruid malkander maar dood, ô Helden! de huuwelyksnarren scheppen weêr nieuwe. Sterven 'er tien duizend in een beleg, wy maaken 'er honderd duizend tegen, en dus is 'er nooit gebrek van gekken. Zo lang de waereld staat zullen vreede en oorlog tikje myn speelen. Verlies ik van daag, ik win morgen. Is Ceuta belegert geweest, nu is het vry, en wie weet wat die van Gibralter eêrlang niet zullen zeggen. Het zy, hoe het zy, Momus houd zig neutraal, en zal dat blyven, tot dat zyn Overheden party kiezen. Zo als het de Heeren van den Haag verstaan, verstaan wy het meê, zei een Scheveninger Gezagsman, en 't was wel gezeid, want het begrip der magtigen is de leidsman der geringen, en hier meê is 't uit. Halte! op aanstaande Maandag zullen wy vertoonen ....., ik weet het waaragtig zelver niet, en daarom, vrinden, neemt geduld, en komt het zien. Ligt dat het beter zal uitvallen, dan het uwe nieuwsgierigheid gist.
|
|