Egt verhaal der wonderbaare bewaaring Gods, van de manschappen, gevaaren met het schip De Eendragt, gevoerd geweest by stuurman Cornelis Struys
(1783)–Cornelis Struys, Cornelis Jansz. Van Teylingen, Ary de Wit– AuteursrechtvrijCornelis Struys, Cornelis Jansz. van Teylingen en Ary de Wit, Egt verhaal der wonderbaare bewaaring Gods, van de manschappen, gevaaren met het schip De Eendragt, gevoerd geweest by stuurman Cornelis Struys. K. Nykerk, Vlaardingen 1783
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
exemplaar Stadsarchief Vlaardingen, signatuur: titelnummer 57351
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Egt verhaal der wonderbaare bewaaring Gods, van de manschappen, gevaaren met het schip De Eendragt, gevoerd geweest by stuurman Cornelis Struys van Cornelis Struys, Cornelis Jansz. van Teylingen en Ary de Wit uit 1783. Er is gebruik gemaakt van een door Stichting Vrijwilligersnetwerk Nederlandse Taal o.l.v. Nicoline van der Sijs en Hans Beelen aangeleverd bestand.
redactionele ingrepen
Ten behoeve van inhoudelijke metadatering zijn er koppen tussen vierkante haken toegevoegd.
p. 1: wiilen → willen: ‘wy willen gaarne, in dezen, onze onkunde belyden’.
p. 6: overlaaaen → overlaaten: ‘het andere moest hy ten prooi van de daar gelaten Yslanders overlaaten’.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina (II) is niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina I]
EGT VERHAAL
DER
WONDERBAARE
BEWAARING GODS,
VAN DE
MANSCHAPPEN,
gevaaren met het SCHIP
DE EENDRAGT,
gevoerd geweest by STUURMAN
CORNELIS STRUYS;
ter YSLANDSCHE VISCHVANGST van
VLAARDING vertrokken, den 23 April 1782.
BEHELZENDE:
Derzelver menigvuldige Rampen, Wederwaardigheden, Schipbreuk en Doodsgevaar. – Overwinteren in Ysland. – Levenswyze geduurende de strenge koude. – Behandeling der bewooners, en gelukkige redding en terugkomst in het Vaderland, in de maand September 1783.
TE VLAARDINGEN,
By K: NYKERK, 1783.
En verder te bekomen:
Te Rotterdam, by J. Krap; Amst. H. Keyzer; 's Hage van Drecht; Leiden Honkoop; Dordt Streccius; Schiedam Poolman; Maassluis van der Burg; en voorts alomme.
[pagina 18]
By de Uitgevers dezes zyn nog eenige Exemplaaren te bekomen, van het
DAGVERHAAL
der
MERKWAARDIGE
RAMPEN en WEDERWAARDIGHEDEN,
overgekomen aan het SCHEEPSVOLK
van het SCHIP
DE JONGE ALIDA,
gevoerd geweest by STUURMAN
FRANS VAN DEN BROEK,
Ter Vischvangst van VLAARDINGEN gedestineerd naar YSLAND, den 9den Mei, en door nood van het Ys op strand gezet den 27 Augustus, 1782.
BEHELZENDE:
Deszelfs Zeetogt uit het Vaderland. – Sukkelen door het Ys, en wonderlyke uitredding uit het oogschynlykst gevaar van door het zelve verbryzeld te worden. – Stranden op Ysland. – Elendige toestand daar ter plaatse. – Ontmoetingen met de bewoonders. – Gevaarlyke en moeijelyke togt door Ysland, over hemelhooge bergen, met sneeuw en ys bedekt. – Reis naar Koppenhagen. – Menschlievende behandeling en beminnelyk Caracter van den Hollandschen Afgezant aldaar. – Reis naar Hamburg en van daar naar het Vaderland, enz.
door
JAN MAARTENSZ: GROEN,
een der Schepelingen.