P.C. Hooft en de ongeziene, eerste 'fontein' van Amsterdam
(2017)–G.P. van der Stroom– Auteursrechtelijk beschermd7. ‘de Oude Lombert’ niet die van LuzHalverwege de zestiende eeuw waren op het westelijke, aan de Amstel grenzende einde van het ‘Eylandt’ een aantal gebouwen neergezet: onder andere de Lichtenborch - een ‘viertal woningen onder een dack, daer de Lombaert in woont’ (Hellinga 1930: 6; Meischke 1955, kol. 4; afb. 15 in Meischke e.a. 1995). Dat de lommerd gevestigd was in de Lichtenborch staat in een verkoopakte uit 1565 in het Archief van de Gasthuizen te Amsterdam van een ledig erf dat begrensd werd door de ‘Lichtenburch, daar de Lombaert in woont, aan de noordzijde’ (Veder 1908, regesten p. 256, nr. 1271). Op afb. G van 1597 staat de Lichtenborch getekend als het eerste lange huis tegen de zuiderflank van de overwelfde Grimnessesluis aan, met de westelijke gevel naar de Amstel gekeerd (zie ook Meischke 1955, kol. 4 met daar afb. 4 en 7). Op afb. I en J van 1625 is het met vier deuren uitkomend op de sluis nog duidelijker te herken- | |
[pagina 27]
| |
nen als het huis ‘met vier woningen onder één dak’. Het bredere, iets kortere huis dat achter de Lichtenborch staat is een dubbel woonhuis, de Vreêborch, met de voorgevel naar de Amstel aan de ‘Turf-mart’.Ga naar voetnoot51 Een tekening van de Oude Turfmarkt en de Grimnessesluis uit circa 1610 (afb. E) laat die voorgevel zien met twee deuren, naast de gevel van de Lichtenborch. De huizen Lichtenborch en Vreêborch zijn in 1868 gesloopt ten behoeve van de nieuwbouw van het Binnengasthuis (Hellinga 1930: 61; Meischke 1981: 132). Afb. E. De Grimnessesluis met de Oude Turfmarkt, ca. 1610 (Beeldbank Stadsarchief Amsterdam). Rechts de Lichtenborch en de Vreêborch. Het originele onderschrift is niet juist.
Blijkbaar woonde een lommerdhouder in 1565 in de Lichtenborch vlakbij de kerk van de Nieuwe Nonnen. Dat is meer naar het westen, aan de Grimnessesluis bij de Amstel, dan de brouwerij op het terrein van de vroegere ‘schafferij’ die Luz 35 jaar later aan het andere eind van datzelfde eiland zou kopen. In 1593 werden ‘vier woningen onder één dak, genaamd de Oude Lombart, op | |
[pagina 28]
| |
de Grimnessesluis’ door Dirck Jacobsz. van Uijtgeest en anderen verkocht aan Jan Claesz. Clouck en Cornelis van Tongerloo (Veder 1908, regesten p. 297, nr. 1471). Van datzelfde ‘huis en erf, zijnde vier woningen onder één dak, genaamd “de Oude Lombert” op de Grimmenessesluis’ werd al zes jaar later, op 6 mei 1599, officieel de verkoop geregistreerd aan Michiel Michielsz. van Vaerlaer - een dag eerder hadden Vondel en ene Pauwels Buijs al verklaard dat zij getuige waren geweest van die verkoop (Veder, regesten p. 303-304, nrs. 1504 en 1505).Ga naar voetnoot52 Tussen 1565, toen de lommerdhouder in de Lichtenborch woonde, en 1593, als hetzelfde gebouw ‘de Oude Lombart’ genoemd wordt, was de lommerd van Amsterdam dus van de Grimnessesluis naar elders verhuisd. De voormalige Lichtenborch bleef echter ‘de Oude Lombert’ heten, want zo wordt dat huis nog steeds genoemd als de erven van Vaerlaer het in 1660 op hun beurt verkopen (Veder, inventaris p. 130 sub S7 = SAA, archiefnr. 342, inv.nr. 1427). Uit dit alles blijkt dat Luz nooit eigenaar van dat pand is geweest. In 1568 werd een huis op de Houtmarkt ‘de oude lombart’ genoemd (Ter Gouw V (1886): 60n5), vermoedelijk omdat in 1565 de lommerdhouder die toen volgens de geciteerde akte in de Lichtenborch woonde, de ‘nieuwe’ was. De naam ‘Oude Lombart’ veronderstelt ook in 1593 dat er intussen ergens ook weer een nieuwe was. Luz was in Amsterdam sinds 1591 geoctrooieerd als tafelhouder.Ga naar voetnoot53 Als Luz al ooit kantoor aan de Grimnessesluis heeft gehouden of laten houden door een zetbaas, eventueel als huurder in de Lichtenbroch, dan zal dat hooguit de twee jaren van 1591 tot 1593 het geval hebben kunnen zijn, want in dat laatste jaar spreekt men over de ‘oude lombard’ bij die sluis. Of, en zo ja waar hij in Amsterdam tussen die eerste jaren en zijn aankoop in 1600 dan wel als pandhouder gevestigd was, heb ik, als gezegd in § 5, niet kunnen achterhalen. Het kan overal in de toen nog betrekkelijk kleine stad zijn geweest.Ga naar voetnoot54 (Vrijwel de gehele stad lag toen nog binnen de stedegracht: de grachten van het Singel, de Geldersekade en de Kloveniersburgwal. De grachtengordel was immers nog niet aangelegd.) Volgens M.G. Emeis in zijn Bank van Lening 1614 - Stads-Kredietbank 1964 ‘woonde en werkte’ Luz ‘in een pand bij de Grimnessesluis, dat tot in de negentiende eeuw de naam “De Oude Lombert” zou dragen’ (Emeis 1965: 9-10). Een jaar eerder had een andere beschrijver van de toen 350-jarige geschiedenis van de Amsterdamse lommerd, L. Jansen, ook al geschreven dat Luz zijn bedrijf heeft uitgeoefend | |
[pagina 29]
| |
in een gebouw, ‘wezende vier wooningen onder een dack’, dat tot in de 19e eeuw de naam ‘De Oude Lombert’ gedragen heeft, staande nabij de Grimnessesluis,Ga naar voetnoot55 waar thans de in 1875 gebouwde kraamkliniek van het Binnengasthuis staat.Ga naar voetnoot56 Die naam droeg het perceel al, toen het in 1599 gekocht werd door Michiel Michielsz. van Va[e]rlaer, wiens nakomelingen het in 1660 verkochten aan de Regenten van het Gasthuis (1964: 15). Zoals we hierboven zagen, heette dat pand reeds in 1593 ‘de Oude Lombart’. Verder zijn de mededelingen van Jansen over Vaerlaer juist, maar hier irrelevant. De bewering dat Luz zijn zaken deed in de ‘oude lommerd’ kwam in 2009 opnieuw naar voren toen Marijke Carasso-Kok & Carry van Lakerveld meenden dat Luz zijn bedrijf uitoefende ‘in De Oude Lommerd bij de Grimnessesluis’ (2009: 19). Dat zou dus volgens mij hóóguit twee jaren het geval hebben kunnen zijn: van 1591 tot 1593.Ga naar voetnoot57 Op grond van de genoemde zestiende-eeuwse archiefstukken uit 1565 en 1593 moet dat dan in de Lichtenborch zijn geweest. Nu was dat weliswaar een groot, hoog gebouw dat al in 1557 zeer hoog getaxeerd was (Ter Gouw V (1886): 87),Ga naar voetnoot58 maar het was sinds 1593 van Clouck en Van Tongerloo en sinds 1599 van Vaerlaer en niet van Luz. Het is dus niet het gebouw dat P.C. Hooft op het oog had. |
|