Het hart naar boven. Religieuze poëzie uit de zeventiende eeuw

Op den kristalynen bril, aen my vereert van M. Murenander.
Of myn gesight my door den ouderdom faeljeerdeaant.

Send Murenander my een Bril van Kristalyn:

Maer was hy wel beraen dat hy die my vereerde?
Dat ick wat minder zagh zouw dat niet beter zijn?

Dat hem een Oculist quam vryen van die vliesen

Was dat niet nodiger op dat hy zijn gesight
So hy se groeyen laet niet heel en mocht verliesen?
'Tis daer geen Brillen werck: zy moeten zijn gelicht.

So ick te helpen ben met kristalijne brillen

Ben ick 'er beter aen als dese Brilleman
Die ick voor zijn geschenck wel zouw bedancken willen,
Maer wie hy is daer heb ick noch geen kennis van.

Als hy zyn selven zal wat nader openbaeren,

Die onder desen naem zich nu verbergen wil,
Sal ick hem niet alleen bedancken voor zijn waeren
Maer lichten oock de vlies voor zijn geschoncke Bril.