Apropo, Clementina! ik geloof waarlyk dat ik een' minnaar heb... Ik ben 'er echter noch niet zeker van - dit is kluchtig - hoor ik u, dunkt my, zeggen. Ik zal u dit uitleggen. - De Heer W..... komt sederd eenige weeken alle dagen by ons - dikwerf speelt hy niet en blyft met my praaten - somtyds ziet hy my met zulke oogen aan, die ik geloof dat my zeggen, dat hy veel van my houdt - ik zie dan voor my - want tot myn ongeluk, hou ik niet veel van hem - wanneer hy my de hand geeft om aan tafel te gaan, alsdan drukt hy my die altyd: - onlangs deedt hy dit zoo sterk, dat ik een gil gaf, zoo zeer deedt hy my.... In waarheid, indien dit gevoel is, dan is my dit gevoel veel te smartlyk: en ik wil het niet ondervinden... Gy ziet hieruit dat ik noch geen gevaar loop van verlieft te worden, anders zou ik immers iets van die zachte kwyning moeten ondervinden, die volgends de kenners het eerste kenmerk is, dat men verlieft is... en waarlyk, ik gevoel 'er nog niets van: als ik op een bal ben, dans en huppel ik eeven zoo lugtig voort, als wy dikwerf met elkander deeden; of, als wy een weddingschap aangingen, wie van ons beiden het walsen het Iangste zou uithouden, zonder duizelig te worden...
Ja het dansen is myn geliefste uitspanning gelyk te vooren: by dit vermaak is men geen