Sommighe nieuwe schriftuerelicke liedekens
(1599)–Frans vander Straten de jongere– AuteursrechtvrijFrans vander Straten de jongere, Sommighe nieuwe schriftuerelicke liedekens. Volraedt Gaubisch, Leiden 1599
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
exemplaar Meertens Instituut, signatuur: 3978 14 StratenSom
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Sommighe nieuwe schriftuerelicke liedekens van Frans vander Straten de jongere in een onbekende druk uit 1599.
redactionele ingrepen
fol. B1v: ‘ en’ → ‘hen’: ‘Die hen jm gleuben feste’.
fol. B3v, E4v, L8r, M3r, N3r: in het origineel is een gedeelte van de tekst slecht leesbaar. In deze digitale editie is ‘[...]’ geplaatst.
fol. B8v: ‘vau’ → ‘van’: ‘Noch staet van een rijckenman geschreven’.
fol. C8R: ‘ 5-3’ → ‘55-3’: ‘Ps. 55-3’.
fol. C8v: ‘Iah’ → ‘Ioh’: ‘Ioh. 6-44’.
fol. C8v: ‘Cau’ → ‘Can’: ‘Can. 6-6’.
fol. E2r: ‘cluhten’ → ‘cluchten’: ‘Hebt wel acht op sulcke cluchten’.
fol. H4r: ‘Heeer’ → ‘Heer’: ‘Ende mijn susters inden Heer’.
fol. L7v: ‘ve’ → ‘de’: ‘op de wijse: Pharo die leydt verdroncken, &c’.
fol. M5r: ‘Eeen’ → ‘Een’: ‘Nae de wijse: Een Liet wil ick gaen singhen dit wel gedachtich zijt’.
fol. M8r en M8v ontbreken in het origineel.
fol. O5r: ‘vool’ → ‘vol’: ‘d'Eeuwighe doot vol smerten’.
fol. P4v: ‘i ’ → ‘is’: ‘Dat is, dat niet en is heeft God vercooren’.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (p. A1v, P8v) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[fol. A1r]
Sommighe
Nieuwe Schriftuerelicke Liedekens, die noyt in den Druck gheweest en zijn, seer stichtelick om singhen ofte te lesen, ghemaeckt door F. V. Str.
Noch zijn hier by ghevoecht meer Schriftuerelicke Liedekens van ander Autheurs, om dat den goeden Sangher te meerder lust soude hebben.
Psalm 96. a 1.
Singht den Heere alle Werelt, singht den Heere ende lovet zijnen Naem.
Psalm 147. a 7.
Singhet met malcanderen den Heere met vreuchden etc.
Ephes. 5. b 19. Col. 3. b 16.
Spreeckt met malcanderen van Psalmen ende Lofsanghen: Ende Geestelicke Liedekens singhet den Heere in uwer herten.
Tot Leyden,
Ghedruckt voor Franscoys vander Straten den jongeren, Int Jaer, 1599.
[fol. P7v]
¶ Ghedruckt tot Leyden by Volraedt Gaubisch, int Jaer, M. D. XCIX.