1974. Het verloren schaap.
Deze uitdrukking bezigt men voor een ‘gevallen zondaar’, maar ook ‘in schertsenden zin voor allerlei zaken en personen uit het dagelijksch leven, die na lang gezocht te zijn, eindelijk voor den dag komen’. Ze is ontleend aan de gelijkenis van Jezus, die staat opgeteekend in Luc. XV, vs. 4-7. Vgl. Zeeman, bl. 434; 523; fr. la brebis égarée; hd. das verlorene Schaf; eng. the lost sheep.