Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett–1049. Kaas hebben aan iemand,Ga naar eind1049d.w.z. maling hebben aan iemand, er lak aan hebben, er niet om geven. Kaas is iets overbodigs op geboterd brood? Vgl. Ndl. Wdb. VII, 733; Nkr. IX, 11 Sept. p. 7: Me kinderen hebben ook kaas an me..... nou ze getrouwd zijn hebben ze mijn nie meer nodig. |
|