Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden
(1923-1925)–F.A. Stoett– Auteursrecht onbekend43. Achilleshiel (-pees).Hiermede bedoelt men ‘het zwakke punt in iemands karakter of zedelijkheid, ook in een betoog of stelsel, naar den hiel van den Griekschen held Achilles, het eenige kwetsbare deel aan het lichaam van dien held. Zijn moeder Thetis had hem, met de bedoeling om hem onsterfelijk te maken, in het water van den Styx gedompeld, doch de hielen, waarbij zij hem vasthield, werden niet door het water aangeraakt, zoodat die kwetsbaar bleven’ (Woordenschat, 10). In de gedaante van Paris doodde Apollo hem. Van deze sage is bij Homerus nog niets te vinden; wel vindt men ze bij Hyginus (tijdens keizer Augustus) fab. 107.Ga naar voetnoot4) Vgl. fr. le talon d'Achille; hd. die Achillesferse; eng. the heel of Achilles. |
|