Schrift vol Heerlens van gemeentesecretaris
De studiezaal van het Stadsarchief in Heerlen behoort tot het gebouwencomplex waarin ook het Thermenmuseum is gehuisvest. Het is augustus 1983. Een gedempt verlichte ruimte, grenzend aan de staal- en glasconstructie in helblauw en helgeel waar de resten van de Romeinse baden te bezichtigen zijn. Opzij geeft de leeszaal zicht op een heldere, steedse binnentuin.
In de leeszaal is een bijzonder cahier te raadplegen, een smal schrift van ongeveer een arm lang, met een bruingemarmerde harde kaft. In 1877 nam de toenmalige gemeentesecretaris van Heerlen, Nikolaus Jozef Hubert Kaufmann, het in gebruik om woorden in Heerlens dialect te verzamelen. Het intensief gebruikte handschrift hangt wat uit de band. De ruim 2250 woorden vormen een curieuze verzameling van wat in de negentiende eeuw in Heerlen werd gesproken. ‘Hälisch - Hollänsch Dictionair’ schreef Kaufmann op de kaft. Draai het boekje om en kantel het, de tweede titel staat op de achterkant: ‘Hälische Gramatik’.
Secretaris Kaufmann werd geboren in 1834. Er is niet zóveel over hem bekend. Hij was getrouwd met de zes jaar jongere Josephina Wilhelmina Cuijpers en had vijf zonen en een dochter. En hij hield van zijn moedertaal: het dialect van Heerlen. Want, zegt hij, ‘wiens hart <trilde> niet van vreugde in zijnen boezem en <wie werd niet> door de zoetste gewaarwordingen aangedaan’ als hij in den vreemde zijn moedertaal hoorde spreken?. En hij schrijft opgetogen: ‘Dat het Heerlensch idioom eenen grooten rijkdom in uitdrukking en zeer veel euphonie (welluidendheid) bezit, zelfs meer dan de Nederlandsche taal, zal ieder opmerkzame taaloefenaar weldra in het oog vallen’. Zijn Gramatik had ondermeer ten doel: ‘leezing der dichtstukjes gemakkelijk te maken en tevens aan anderen een leidraad te verstrekken het Heerlensch dialect zuiver en met gemak te kunnen schrijven’.
De Heerlense gemeentesecretaris heeft lang aan zijn woordencollectie gewerkt. Hij maakte alfabetisch geordende lijstjes ‘Hälisch - Nederlandsch’ en nummerde de woorden. Later heeft hij er soms verbeteringen in aangebracht, geschrapt of stukjes tekst aangeplakt. Een paar voorbeelden:
· | De Aester (ekster) en het Akkerstätske, letterlijk Akkerstaartje, waarmee de kwikstaart wordt aangeduid. |
· | Alling betekende toen ook al: alleen. |
· | Bernstee = barnsteen |
· | Bokes = boekweit |
· | Bingzeel = bindtouw, en |
· | Bokseboam = bodem van de broek |