Bory vlucht ondergronds
Een interessant werk over de Sint-Pietersberg in de collectie van de Stadsbibliotheek in Maastricht is Voyage souterrain, ou Description du Plateau de Saint-Pierre de Maestricht et de ses vastes cryptes, geschreven door de Franse kolonel Jean-Baptiste Bory de Saint-Vincent (1778-1846) en in 1821 uitgegeven te Parijs. Het werd later ook in het Nederlands vertaald als Reis onder de aarde, of Beschrijving van de Sint-Pietersberg van Maestricht en zijn uitgestrekte grotten.
Aan het begin van de negentiende eeuw werd Bory bijna de hemel in geprezen. Hij was een moedig officier, een onbevangen reiziger, een kundig botanicus en wetenschapper, een nobele patriot en ook nog een uitstekende politicus. Aldus een levensschets van de Franse Academie van Wetenschappen. Hij maakte reizen naar Australië, Griekenland, verrichtte onderzoek op de Afrikaanse eilanden, bezocht het eiland Réunion, was in Algerije en doorkruiste Europa van Warschau tot Sevilla.
Bory schreef zowel reisverhalen als botanische studies, zoölogische, archeologische en volkenkundige werken, leidde wetenschappelijke missies, werkte mee aan een satirisch blad, was fabeldichter en de schrijver van twee (opgevoerde) blijspelen. Bory vocht in talrijke veldslagen en werd zwaar gewond in een duel. Hij werkte een periode als topambtenaar en was ook twee keer parlementslid. Tijdgenoten vonden hem een geestige man, levendig, muzikaal. Bovendien was hij een goede redenaar.
Niettegenstaande zijn vele wetenschappelijke en politieke relaties raakte Bory in zijn vaderland uit de gratie. In 1816 vaardigde koning Lodewijk XVIII een decreet uit waarbij 38 intellectuelen, onder wie Bory, op verdenking van samenzwering uit Parijs, en vervolgens uit Frankrijk, werden verbannen. Bory week uit naar Aken. Hij vergat niet zijn microscoop en aantekeningen mee te nemen.
Toen Bory korte tijd later uit Parijs bevel ontving onmiddellijk terug te keren, wat hem te gevaarlijk leek, dook de geleerde eerst onder in Brussel. Later ging hij letterlijk ondergronds en zocht zijn toevlucht in de onderaardse grotten van Maastricht. Hij besteedde zijn tijd nuttig door het gangenstelsel van de Sint-Pietersberg in kaart te brengen en het plateau van de berg te beschrijven. Vervolgens zocht hij zijn heil in Luik, waar hij anoniem een boekje liet drukken dat de titel droeg ‘Lamuel of het Boek van de Heer’. Dat was zogenaamd de vertaling van een Hebreeuws handschrift, waarin een koning een zware straf werd voorspeld. Voor iedereen was duidelijk dat Bory, na zijn verbanning, zich op de Franse koning wilde wreken. In 1819 mocht Bory weer naar zijn vaderland terugkeren.