Oude ende nieuwe geestelyke liedekens, op alle de heylige dagen van't gantsche jaar
(1740)–Johannes Stichter– Auteursrechtvrij
[pagina 79]
| |
Stemme: Wilhelmus van Nassouwe.DOen Barbara gebooren
Uyt Adelijke Stam,
Was Christi Bruyt verkooren
Te volgen 't zuyver Lam,
Door Godes Geest gedreven
De regte waarheyt vint;
Haar Vader is gebleven
In 't Heydendom verblint;
Zy was nog jong van jaren,
Schoon uytermaten zeer,
De Vader wou bewaren
Haar maagdelijke eer:
Hy laat een Tooren maaken,
Twee vensters op een rey:
Zy stelt uyt hoog' oorsaaken,
Het derde ligt daar by.
De Vader vraagt de reden?
Zy antwoort met bescheyt:
Dit zijn nu de drie leden
Van d'Heyl'ge Drievuldigheyt.
De Vader wort ontsteeken
Met gramschap over groot,
Hy sprak: Ik zal dit wreeken,
Al waar het met de dood.
Hy gaat den Regter klagen,
Die haar veel leet aan doet;
Met roeden wreet geslagen,
Gepijnigt heel verwoet,
De Borsten af-gesneden
| |
[pagina 80]
| |
Het bloet van 't lighaam vliet:
Zy heeft God aan gebeden,
Die haar niet en verliet.
De Vader als gebleven
Van mensch'lijkheyt berooft,
Heeft zelfs 't zwaart op-geheven
En Barbara onthooft.
God d'Heer kon niet verdragen
De moort van eygen bloet,
Met donder hem geslagen
Heeft, in den helschen gloet.
O Barbara! gestreden
Hebt gy tot in der doot;
Helpt ons met uw gebeden,
In onse laatste noot:
Keert af de donder-slagen,
Verwerft respijt in 't ent,
Dat wy, gebiegt, mee dragen
Het waardig Sacrament.
|
|