Oude ende nieuwe lof-zangen, die gemeenlyk gezongen worden op de geboorte ons heeren Jesu Christi, van kers-nagt, tot Maria Ligtmisse toe
(1740)–Johannes Stichter– AuteursrechtvrijStemme: Astrea waarde Maagt.ALl' eer en lof alleen,
Zy God, het eeuwig een,
Die met viervlammend' Oogen ziet,
Van't hoogst', al wat om laag geschiet;
Die Spieren,
En Nieren,
En Harten kent,
En straf en zegen zent,
Die veylig,
En Heylig,
In zig bestaande, heeft begin nog ent.
Wy Eng'len brengen mee,
De boodschap van de vree,
Terwijl de Vreede-vorst op d' Aaert,
Uyt God, wort van een Maagt gebaart:
Die blijde,
Zal lijden,
Aan 't kruys gehegt,
Die Koning leeft als knegt:
Wiens leven,
Wiens sneven,
Het zwaart verdoemt, en weer de vreed' opregt.
Waar nu al 't Menschdom stil
Gelaten, goet van wil!
Dat elk zijn heyl ontfangen wou
Zoo gaarn' als 't Iesus geven zou!
En hoorden,
De woorden,
Van God, uyt hem
Wiens Star naar Bethlehem,
| |
[pagina 68]
| |
De Wijsen,
Doet rijsen,
Slegts op 't gesigt: Og quaamt gy op zijn stem.
Dat lig wort niet beschouwt,
Van die in Salem bouwt,
Paleys en Tempel Hemel-hoog;
Maar van 't eenvoudig Herders oog:
De Velden,
Vermelden,
Zijn eer al om;
Dog Arons Priesterdom,
Hoe pragtig,
Hoe magtig,
Is voor 't on-uytbaar lof van Iesus stom.
Die 't al in zig bepaalt,
Is hier om laag gedaalt,
Uyt God', door Lugt en Wolken heen,
Op dat hy voere van beneen,
De Zielen,
Die knielen,
In need'righeyt,
Voor haar een Throon bereyd',
En mede,
In vrede,
't Geloovig Hart met zig ten Hemel leyd'.
|
|