Voorburg, Huis de Werve, plattegrond
ingang tot de tuin is toen tevens een poortgebouw met portierswoning gebouwd. Met de aanleg van het nieuwe verhoogde station Voorburg (1988) is ook een deel van de tuinen gereconstrueerd. In 1996 heeft men aan de zijde van de Vliet een ‘uitzit’ verwezenlijkt, zoals die ook in de oorspronkelijke tuin aanwezig was. Het huis is sinds 1928 ingericht als museum.
Vlietzicht of ‘In de wereldt is veel Gevaer’ (Schoolstraat 43). Dit L-vormige buitenhuis kwam in 1793 tot stand voor Abraham Louis Nau. De middenpartij aan de Vlietzijde wordt bekroond door een versierd tympaan, dat evenals de deur van de hoofdingang is uitgevoerd in Lodewijk XVI-stijl. De gang heeft stucwerk in Lodewijk XV-stijl. Terzijde staat het koetshuis met koetsierswoning (circa 1850), voorzien van gietijzeren roosvensters en schuifvensters.
Hoekenburg (Effathalaan 31c) is een wit gepleisterd neoclassicistisch buitenhuis, gebouwd in 1809 (gevelsteen) voor A.F. en A.H. Thorbecke ter vervanging van het 17de-eeuwse huis Hooghenburgh. Van dat huis is mogelijk de frontondecoratie afkomstig. Rond 1910 heeft men de voorgevel opnieuw beklampt. Het in 2003 tot appartementen verbouwde huis bevat inwendig barokschilderingen en een trappenhuis uit 1809. In 1828 was de buitenplaats Hoekenburg in handen van H.J. Caan, die het naastgelegen Arentsburgh opkocht en aan zijn bezit toevoegde, waarna het als een geheel bleef bestaan.
Vreugd en Rust (Oosteinde 14) werd in 1751 gebouwd voor Jan van Schuylenburg en rond 1820 in opdracht van P.J. Groen van Prinsterer verbouwd in de huidige neoclassicistische vorm met achter (Vlietzijde) een middenrisaliet met serre en balkon. Het nu als hotelrestaurant dienende gebouw ligt in een landschapspark met overtuin, aangelegd rond 1830 naar plannen van J.D. Zocher jr. en sinds 1918 een openbaar wandelpark. De door Zocher ontworpen, wit gepleisterde oranjerie (Oosteinde 1) in de overtuin dateert uit 1837 en heeft een halfronde uitbouw met ronde houten belvédère (‘De Koepel’). Aan de Parkweg staat een toegangshek uit 1910, afkomstig van de Wereldtentoonstelling in Brussel (herplaatst 1983).
Huis de Werve (Park de Werve 1) is een grotendeels gepleisterd T-vormig buitenhuis. Van een in 1801 gesloopte - in oorsprong middeleeuwse - ridderhofstad bleef alleen het bouwhuis met achtkantige traptoren behouden (1619). In opdracht van J. Ancher werd daaraan rond 1820 een dwars voorgebouw toegevoegd, waaraan A.J. Bicker Caarten in 1894 een verdieping liet toevoegen. Verbouwingen volgden in 1913 en 1942; het gebouw is in 1969-'70 gerestaureerd en heeft in 1987 een colonnade gekregen.
Middenburg (Westeinde 28). Dit gepleisterde forse buitenhuis, uitgevoerd in neo-Lodewijk XVI-stijl met souterrain en hoekrisalieten, kwam in 1869 tot stand voor F.A. Vriese ter plaatse van een 17de-eeuws huis met dezelfde naam. Het werd verbouwd nadat het in 1917 in bezit van E.L.C. Schiff was gekomen. Tegenwoordig dient het als gemeentekantoor.
Het koetshuis werd in 1917 naar ontwerp van F.A. Koch gewijzigd in een garage met chauffeurswoning. De tuin heeft men in 1917-'19 naar ontwerp van H.A.C. Poortman veranderd als een wandelpark in gemengde tuinstijl. Hetzelfde gebeurde met de overtuin (bij Westeinde 26), nu Park Sonnenburgh.
Arentsburgh (Effathalaan 31). Ter vervanging van een al in 1451 vermeld huis liet M.E.E. Nolthenius de Man in 1912 naar ontwerp van J.J., M.A., en J. van Nieukerken een nieuw buitenhuis bouwen in de neoclassicistische variant van de Nieuw Historiserende stijl. Van 1925 tot 2002 diende het als internaat van Effatha, het Instituut van de Vereeniging tot Bevordering van Christelijke Opvoeding en Onderwijs van Doofstomme Kinderen en Jongelieden (opgericht 1888). Uitbreidingen en verbouwingen zijn uitgevoerd in 1925-'30 en 1953.
Eemwijk (Oosteinde 114). Ter vervanging van een ouder huis met dezelfde naam liet de Rotterdamse groentehandelaar en -exporteur C. Blad in 1918 het huidige landhuis in ‘Um 1800’-stijl bouwen naar ontwerp van R.J. Hoogeveen. In dezelfde stijl opgetrokken is de voorm. tuinmanswoning (Oosteinde 116). D.F. Tersteeg leverde het ontwerp voor de tuinaanleg. Aan de straatzijde staat een monumentaal toegangshek (circa 1918).
Rusthof (Oosteinde 23). Van deze buitenplaats is het huis gesloopt in 1911. Behouden is de voorm. oranjerie, die rond 1700 werd vernieuwd en tussen 1760 en 1788 de huidige vorm kreeg. Achter de brede tweelaags voorbouw ligt een oudere en lagere aanbouw, voorheen de tuinmanswoning.
Woonhuizen. De oudste huizen van Voorburg zijn eind-16de-eeuwse dan wel vroeg-17de-eeuwse diepe huizen, waarvan een aantal in de 18de of 19de eeuw een nieuwe gevel heeft gekregen. Een laat-16de-eeuwse kern heeft 't Swaantje (Herenstraat 76), een woon- en winkelpand met blokbepleistering en twee etalagekasten, waarvan één dateert uit circa 1850 en de ander in 1972 naar oud voorbeeld is bijgemaakt. Een trapgevel uit circa 1640 met kruisvensters en sluitstenen met maskerkop-decoratie heeft het huis Vossenburch (Herenstraat 51). De in gele baksteen opgetrokken trapgevel van Kerkstraat 52 is voorzien van ontlastingsbogen in rode steen. Het in 1630 gebouwde huis Schoolstraat 27 kreeg rond 1750 een klokgevel met houten gevelbekroning en een deuromlijs-