Noordeloos
(gemeente Giessenlanden)
Langgerekt ontginningsdorp, ontstaan rond 1300 op stroomruggen aan weerszijden van de veenstroom de Noordeloos. Aan de zuidzijde stond het in 1293 voor het eerst vermelde kasteel van de heren van Noordeloos (verbrand 1573, gesloopt 1880). Bij brug en kerk ontstond eind 19de eeuw een bescheiden verdichting van de bebouwing. Noordeloos is een beschermd dorpsgezicht.
De
Herv. kerk (Kerkstraat 3c), oorspronkelijk gewijd aan St. Bonifatius, is een eenbeukige kerk met vijfzijdig gesloten koor, noordtransept en een toren van drie geledingen met achtzijdige spits. De mogelijk uit circa 1300 daterende torenonderbouw - verhoogd en voorzien van westelijke steunberen in 1613 - werd in 1877-'78 omklampt toen men de bovenbouw nieuw opmetselde. Het koor en het noordtransept stammen uit de 15de
Noordeloos, Chr. Geref. kerk en pastorie
eeuw. Bij een ingrijpende verbouwing in 1846 heeft men het zuidtransept afgebroken en het schip vernieuwd. Restauraties zijn uitgevoerd in 1949 (toren), 1966 (kerk) en 1976 (torenspits).
Het interieur wordt gedekt door een houten tongewelf en bevat een gotisch doopvont van Namense steen (begin 16de eeuw), een preekstoel (1614), een tiengebodenbord (1607), een tekstbord in Lodewijk XV-vormen en twee rouwborden (1748). In het koor staat een grafmonument uit 1781 voor ambachtsheer Martinus van Barnevelt († 1775), waarvan het marmeren middengedeelte in rijke Lodewijk XV-vormen - met zuilen, baldakijn en buste - wordt geflankeerd door zijmuurtjes en toegangen naar de achterliggende grafkelder.
De pastorie (Noordzijde 60) is een middengangwoonhuis, waarvan de eerste steen in 1875 werd gelegd door J.P.H.L.M. van Dam, heer van Nieuwland en Overslingeland. Rond 1900 is de verdieping toegevoegd.
Overige kerken. Het eenvoudige zaalgebouw van de Geref. kerk (Botersloot 12) werd in 1893 gebouwd door J. Duym. De Chr. Geref. kerk (Noordzijde 1-1a) is een zaalkerk uit 1924, voorzien van een aangebouwde forse pastorie met hoge erkerpartij.
Het voorm. raadhuis (Grotewaard 9a) is een dwars pand uit 1878 met eclectische details.
Woonhuizen. Bepalend voor het dorpsgezicht is de bebouwing aan weerszijden van de Noordeloos bij de brug. Een schilderachtig geheel vormen de met riet gedekte 18de-eeuwse woningen Noordzijde 53 en 54-55. Het vroeg-19de-eeuwse eenlaagspand Noordzijde 44 heeft uitbouwen aan de waterkant. Laat-19de-eeuws zijn het dwarse huis Botersloot 19 (1879) en het gepleisterde tweebeukige pand Noordzijde 35-36 (circa 1880). Het opvallend grote doktershuis Noordzijde 33 (1888) is voorzien van eclectische details en een als toren hoger opgetrokken risalerende zijtravee. Een lijstgevel met gekleurde baksteendecoraties bezit Noordzijde 29 (circa 1910).
Boerderijen. De oudste boerderijen hebben uitgebouwde kamers, zoals de uit 1610 (gevelsteen) stammende krukhuisboerderij Botersloot 13-14 met links een hoge uitbouw en de uit 1614 (jaartalankers) daterende krukhuisboerderij Noordzijde 118-119 met accoladebogen en siermetselwerk. De boerderij Noordzijde 95 uit 1706 (gevelsteen met initialen en ster) heeft een verhoogde ‘waterkamer’ in de middenbeuk en een ‘kapel’ bij de linker zijgevel. De dwarsdeelschuur is deels met hout bekleed. De hallenhuisboerderij Overslingeland 13 is vermoedelijk begin