Nobelstraat 8 en Maarland N.Z. 54-55 (alle circa 1915). Voorbeelden van vrijstaande gepleisterde villa's uit circa 1920 zijn G.J. van den Boogerdweg 7 en Jan Matthijssenlaan 1-3. Een expressionistische vormgeving hebben Coppelstockstraat 11 en 25-27 en Kerkstraat 2-4 (alle circa 1930), zakelijk-expressionistisch van vorm is Voorstraat 52-54 (circa 1935). Met topgevels uitgevoerd zijn de traditionalistische huizen Slagveld 22-23 (circa 1940). Een stedenbouwkundig opvallend ensemble vormen de in 1938 op het voormalige oostelijke ravelijn gebouwde traditionalistische huizen Burg. Egter van Wissekerkeplein 1-12.
Volkswoningbouw. Aan de minder dicht bebouwde westzijde van Brielle ontstonden binnen de vesting enkele woningbouwcomplexen. In 1911 kwamen in opdracht van woningbouwvereniging ‘Volkshuisvesting’ als eerste de woningen Venkelstraat 20-52 tot stand, rond 1925 gevolgd door de woningen Dr. De Snoopplein 1-12. Voorbeelden van eenlaagse wederopbouwwoningen zijn Commandeurstraat 13-23 uit 1957.
Winkels. Een vroeg voorbeeld van een in een ouder huis ingerichte winkel is Voorstraat 98 met winkelkast (circa 1840). Een vroege neoclassicistische winkelpui heeft het pand Voorstraat 126 (1845), dat ook een oudere gevelsteen bezit (‘De Samaritaan’). Voorstraat 21-23 heeft een brede winkelpui met gietijzeren corinthische zuiltjes (circa 1870). Voorbeelden van eenvoudige laat-19de-eeuwse winkelpuien zijn te vinden bij Voorstraat 35, Vischstraat 15 en Geuzenstraat 10-12. Een aardige winkelpui met ranke jugendstildetails heeft Maarland Z.Z. 18 (circa 1905). Met jugendstil-elementen en gietijzeren zuilen uitgevoerd is de winkelpui van Voorstraat 37 (circa 1910). Soberder van vorm is het iets jongere winkelpand Nobelstraat 55-57 (circa 1915) met bedrijfsgedeelte.
Pakhuizen. Enkele vermoedelijk als woonhuis gebouwde panden zijn later tot pakhuis ingericht, zoals het in opzet 17de-eeuwse rijzige pand Rozemarijnstraat 10. Ook de laat-17de-eeuwse panden Langestraat 20 en Maarland N.Z. 69 kregen later een pakhuis- dan wel een bedrijfsfunctie. Als pakhuis gebouwd zijn het dwars geplaatste drielaagse pand Kaatsbaan 1, met een mogelijk 17de-eeuwse kern, en het rijzige vroeg-18de-eeuws pand Scharloo 10. In opzet 18de-eeuws is Scharloo 8, een tweelaags gebouw met souterrain dat lange tijd diende als woonhuis van een bierbrouwerij. Ten behoeve van de brouwerij verrees begin 19de eeuw links het smalle pakhuis Scharloo 7. Ook het brede pakhuis Scharloo 5 dateert uit die periode; de gevelsteen (‘T Gecroonde Hart’) uit 1620 herinnert aan een oudere brouwerij ter plaatse. Andere voorbeelden van als pakhuis ingerichte panden met een 18de-eeuwse kern zijn Turfkade 11, 14 en 24 en Zuidspuistraat 4-6. Sobere pakhuizen van rond 1900 zijn Lijnbaan 12 en Maarland Z.Z. 34.
Stadsboerderijen. De 18de-eeuwse stadsboerderij
Langestraat 72 heeft een tweebeukig dwars woongedeelte met inwendig tegeltableaus in de voorkamer en keuken; de laatste zijn gedateerd 1766. De in 1820 gebouwde stadsboerderij
Turfkade 35 heeft een rijk neoclassicistisch woongedeelte met hoger opgetrokken middenrisaliet. Ook de achtergelegen schuur is uit deze periode. Midden-19de-eeuws is de stadsboerderij
Kaaistraat 18-20, die in de voorkamer een tegeltableau uit de bouwtijd bezit met een voorstelling van het landleven. De houten schuur aan de linkerzijde is ook 19de-eeuws. Aan de
Brielle, Pakhuis Scharloo 10
zuidoostzijde van Brielle werd kort na opheffing van dit deel van de vesting (1926) de ‘stolp-vormige’ boerderij
Kaaisingel 3 gebouwd.
De voetgangersbrug over het Maarland (tegenover Maarland N.Z. 58) [27], ook wel de ‘Kippenbrug’ genoemd, is een smalle ijzeren rolbrug uit 1909 die de beide zijden van het Maarland verbindt ter plaatse van een vernauwing waar vroeger de sluis tussen de havengedeelten Kostverloren en Noordspui lag. Deze brug met kleine hameipoort en tuiwerken kan in zijn geheel naar één zijde worden gerold.
De watertoren (G.J. van den Boogerdweg 1) verrees in 1923-'24 naar ontwerp van A.D. Heederik. De gepleisterde toren is uitgevoerd in betonskeletbouw met baksteenvulling en heeft een ronde bovenbouw met betonnen vlakbodemreservoir.
De windmolen ‘'t Vliegend Hert’ (bij Molenstraat 11) [28] is een open standerdmolen die in 1986 geheel nieuw is gebouwd op het Molenbolwerk ter plaatse van een in 1882 afgebrande voorganger.
Straatmeubilair. Op het Wellerondomplein staat een in 1910 gerestaureerde zandstenen pomp [29] uit 1590 met maniëristische details en een bekronende schildhoudende leeuw. In 1930 geplaatst op het Asylplein is de bakstenen gedenkbank voor Joh. Been, stadsarchivaris en schrijver van jongensboeken. De natuurstenen gedenkbank voor notaris L.P. van de Blink aan de Veerweg is uit 1937.
Begraafplaatsen. De in 1842 gestichte Oude Alg. begraafplaats (G.J. van den Boogerdweg ong.) heeft een gietijzeren hekwerk met fasces en zandlopers als decoraties. Interessant zijn onder meer een zerk voor mr. H.T. Holier († 1862) en verder een bijbelzerk voor ds. W. van den Berg († 1911). Op de rond 1900 gestichte R.K. begraafplaats (Kloosterweg 33) staat een gietijzeren grafkruis.
Vierpolders. Dit dijkdorp ten zuidoosten van Brielle is ontstaan op de samenkomst van de polders Oud Helvoet (1220), Veckhoek (1249) en Oude Gote. De Herv. kerk (Dijckpotingen 1) is een in 1907 gerestaureerde kleine gepleisterde zaalkerk uit 1721. In de dakruiter