Monumenten in Nederland. Zeeland
(2003)–Piet van Cruyningen, Saskia van Ginkel-Meester, Chris Kolman, Elisabeth Stades-Vischer, Ronald Stenvert– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 238]
| |
Tholen, Binnenstad vanuit het zuiden
is bewaard gebleven (Oudeland ong.). In 1217 kwam de helft van het gebied in handen van graaf Willem I, die aan de rand van de nieuwe polder een hofstede stichtte met een tol op de Eendracht. De naar deze tol genoemde nederzetting kreeg zelf in 1290 tolvrijdom. Begin 14de eeuw liet Jan van Beaumont Tholen versterken en rond 1366 ontving de nederzetting van Jan van Blois stadsrechten en werd een omwalling aangelegd. Zoutziederij en visserij brachten de stad midden 15de eeuw haar grootste bloei. In 1452 werd zij echter door een stadsbrand grotendeels verwoest. Ook had Tholen sterk te lijden van stormvloeden in 1511, 1530 en 1570. In 1577 kwam de stad onder Staats gezag en begin 17de eeuw volgde de versterking met zeven bastions. De verdedigingswerken raakten in de 17de en 18de eeuw ernstig in verval en werden grotendeels gesloopt na de opheffing van de vesting Tholen in 1814. In 1825 werd de oude haven van Tholen (De Kaai) gedempt en richtte men een deel van de Oude Zoute Vest in als haven. Een nieuwe vissershaven kwam hier in 1908 tot stand. Het veer over de Eendracht werd in 1928 vervangen door een brug met Noord-Brabant. In het kader van de kanalisatie van de Eendracht tot Schelde-Rijnkanaal is er aan de noordzijde in 1971 een nieuwe, hogere, brug gereed gekomen en is een oude arm van de Eendracht tot jachthaven ingericht. Tholen is na 1945 aan de noord- en zuidwestzijde uitgebreid en recent ook aan de westzijde. Tholen is een beschermd stadsgezicht. De (Herv.) O.L.-Vrouwekerk (Kerkplein 1-3) is een forse basilikale kruiskerk voorzien van een driezijdig gesloten koor met zijkoren, een dakruiter en een toren van vier geledingen met haakse steunberen en een tentdak. Aan de eind 13de eeuw gestichte kerk werd in 1404 een kapittel verbonden. De onderste twee torengeledingen stammen uit de tweede helft van de 14de eeuw. De kerk werd beschadigd bij de stadsbrand van 1452. In de tweede helft van de 15de eeuw verving men deze door de huidige, met Gobertangesteen beklede, kerk in Brabantse gotische stijl met een driebeukig schip voorzien van luchtbogen. Na het schip kwam het transept tot stand, waarvan de kruising zich naar het koor toe iets verbreedt. Het zuidportaal van het transept en het venster erboven hebben rijke traceringen, het venster met een leliemotief. Eind 15de eeuw werd de toren met twee geledingen verhoogd en de westingang vernieuwd. In de toren hangen door Alexis en Petrus Petit gegoten klokken (1761). De sacristie, de librije (zuidwestzijde transept) en het noordportaal zijn alle begin 16de eeuw | |
[pagina 239]
| |
Tholen, (Herv.) O.L. Vrouwekerk, plattegrond
Tholen, (Herv.) O.L. Vrouwekerk (1980)
gebouwd. Aan het koor met kooromgang en drie straalkapellen werd in 1520 nog gewerkt. Vermoedelijk is toen tot een planwijziging besloten, waardoor de geplande lichtbeuk van het koor achterwege bleef en de kooromgang onvoltooid. Het gedeelte van de omgang dat eind 15de eeuw al was opgetrokken, werd in het tweede kwart van de 16de eeuw met een rechte sluiting verbouwd tot noordkoor. Het brede bakstenen zuidkoor is in opzet vermoedelijk vroeg-15de-eeuws. Het had afgebroken zullen worden bij de voltooiing van de kooromgang, maar door de planwijziging bleef het gehandhaafd. Vervolgens kreeg het twee hoge oostvensters met aankapping. Rond 1575 liep de kerk oorlogsschade op. In 1755 heeft men de gehele koorpartij afgescheiden door middel van een beschilderd schot. Bij de restauratie in 1947-'60 is dit schot vervangen. Verder is toen onder andere de toren van balustraden voorzien en is de torenspits vernieuwd. De laatste (conserverende) restauratie vond in twee fasen plaats, te weten in 1995-'96 en in 2001-'02. Inwendig is het schip uitgevoerd met natuurstenen zuilen met koolbladkapitelen. | |
[pagina 240]
| |
Tholen, R.K. kerk O.L. Vrouwe Hemelvaart, interieur (1988)
Het triforium heeft de vorm van een reeks nissen met gotische driepassen, met daarboven een omgang langs de vensters. De zijbeuken en het noordkoor worden gedekt door kruisribgewelven. Aanzetten van ribben en inkassingen in middenschip en transept tonen dat hier ook kruisribgewelven waren gepland. De huidige laat-gotische netgewelven van het middenschip moeten dateren uit de vroeg-16de-eeuwse bouwfase. Ze komen in stijl overeen met het bij de scheiding tussen transept en koor aanwezige, rijkere beeldhouwwerk van de kapitelen en de lijst onder het triforium. Het gewelf van het zuidtransept is na schade door verzakking van de traptoren vervangen door een stucgewelf, maar bij de restauratie (1960) als netgewelf hersteld. Het koor en de zuidkapel worden gedekt door houten tongewelven. Het poortje naar de sacristie dateert uit 1638. Tot de inventaris behoren een Tiengebodenbord (1581), een door Adam Hartman vervaardigde preekstoel (1648) en een (midden-17de-eeuws) doophek, beide met koperen lezenaars. Verder bevat de kerk diverse grafzerken, waaronder een rijk gebeeldhouwde steen met de liggende figuren van Guy van Blois († 1527) en Digna van Assemansbroek († 1516). De voorm. pastorie (Dalemsestraat 15) is een fors neoclassicistisch pand met middengang, gebouwd in 1890 (gevelstenen). De gasthuiskapel (Kerkstraat 15) is een laat-gotische zaalkerk met dakruiter. Het gasthuis werd in 1312 gesticht door Ewout Pietersz van Gabriee, die hiertoe zijn huis beschikbaar stelde. De aan St. Laurens gewijde kapel ontstond na de stadsbrand van 1452. Inwendig bevindt zich een houten tongewelf uit 1542. Na 1577 diende de kapel als opslag en hospitaal. In 1832 werd het complex in drie woningen verdeeld. Sinds de restauratie in 1974-'75 is de kapel in gebruik bij de Herv. gemeente. De panden Kerkstraat 9 en 13 bevatten restanten van het voorm. gasthuis. De R.K. O.L. Vrouwe Hemelvaartkerk (Markt 22) is een zaalkerk
Tholen, Stadhuis
met portaal en aan de zuidzijde een toren van vier geledingen met achtkantige spits. Deze neogotische kerk verrees in 1900 naar plannen van P. Snel ter plaatse van de Waalse kerk. De toren is ingebouwd door een catechisatiegebouw uit dezelfde tijd. Het interieur wordt gedekt door een houten tongewelf met daarop christelijke symbolen, geschilderd naar plannen van Jac. van Gils en in 1911 uitgevoerd door A. Federle uit Kleef. Achter het hoofdaltaar bevindt zich een schildering van H. Luns. Tot de kerkinventaris behoren een neogotisch hoofdaltaar en een preekstoel (zonder klankbord) vervaardigd door M. van Bokhoven. De (Geref.) Ichtuskerk (Doelweg 7) is een moderne kerk met opengewerkte toren, gebouwd rond 1963 naar ontwerp van G. Steen en G. Tuinhof. Het voorm. stadhuis (Hoogstraat 12) werd rond 1475 gebouwd op de plaats van het oude schepenhuis. Het is een rijzig diep pand, voorzien van een met Ledesteen beklede laat-gotische scherm- | |
[pagina 241]
| |
gevel met kantelen en daarboven een opengewerkte zeszijdige toren met spits. De acht beeldnissen met consoles en baldakijnen hebben vermoedelijk nooit beelden gehad. Op de kantelen staan wapenhoudende leeuwen. Het hardstenen trapbordes met beeldhouwwerk van Nicolaas Muts in Lodewijk XV-vormen werd in 1758 toegevoegd. Het carillon in de toren bestaat uit een klok van 1458, negen door Michael Burgerhuys gegoten klokken (1624-'27) en verschillende klokken van de firma's Eijsbouts (circa 1955) en Petit & Fritsen (1987). Het stadhuis is gerestaureerd in 1955-'57. Inwendig bevindt zich een grote hal met twee zuilen en een overwelfd voorgedeelte, dat de onderbouw van de toren vormt. Tot de inventaris behoren een beulszwaard (tweede helft 16de eeuw), een schilderij voorstellende ‘Het Laatste Oordeel’ (circa 1530) en een schilderij dat ‘Salomo's Rechtspraak’ (1618) weergeeft. De gebouwen aan weerszijden van het middeleeuwse gedeelte zijn in de 18de eeuw bij het complex getrokken. Het rechter pand (17de-eeuws) werd in 1764 aangekocht. Van het linker pand (18de-eeuws) bleef na afbraak in 1884 één travee bewaard; in dit gedeelte zetelde het kantongerecht en bevindt zich het trappenhuis. Het voorm. postkantoor (Visstraat 3) is een tweelaags hoekpand uit circa 1895 in neorenaissance-stijl. De afgeschuinde en risalerende hoekpartij is voorzien van natuurstenen hoekblokken en een trapgevel met banden en toppilaster. Woonhuizen. Tot de oudste huizen van Tholen behoren verschillende diepe huizen, waarvan slechts enkele hun 17de-eeuwse trap- of tuitgevels hebben behouden. Het in 1622 door Pieter Smytegeld gebouwde dubbelpand De Twee Stoven (Stoofstraat 5-7) heeft twee trapgevels voorzien van sier- en jaartalankers. De kruisvensters van dit in 1973 gerestaureerde pand zijn in de geveltop voorzien van geprofileerde korfbogen. Dit is ook het geval bij Kerkstraat 21/Markt 1, bestaande uit drie diepe panden met links een afgetopte tuitgevel met gevelsteen (1619), in het midden een trapgevel met halfronde beëindiging en rechts een verlaagde topgevel met kroonlijst en gevelsteen (1619). De geprofileerde korfbogen van deze gevels zijn voorzien van metselmozaïeken. Een vergelijkbare detaillering heeft het wit geschilderde pand Kerkstraat 4. Een 17de-eeuwse kern hebben ook Markt 5 (afgetopt 19de eeuw) en Markt 3 (gevel rond 1900 vernieuwd). Kerkstraat 10 is een wit geschilderd huis voorzien van een klokgevel met Lodewijk XV-details (circa 1760). Het meest voorkomend in Tholen zijn de dwarse huizen. Tot de vroegste voorbeelden met kelder en opkamer behoort het 17de-eeuwse huis Bakstraat 5. Het sterk verbouwde Huis Lichtenberg (Markt 26) bestaat uit twee haakse met lisenen gelede vleugels. Rond 1890 is een hardstenen winkelpui aangebracht en heeft men de kap gesloopt. De achtergevel bevat een stichtingssteen in Lodewijk XV-stijl (1778). In het interieur bevindt zich een zaal in Lodewijk XV-stijl met een gesneden en gemarmerde schouw en een schoorsteenstuk. Een kleinere zaal bevat boven de deur naar de salon stucwerk met alliantiewapens, in stijl passend bij het stucwerkplafond. Het forse tweebeukige huis Brugstraat 16 heeft mogelijk een oudere kern, maar kreeg rond 1760 zijn huidige aanzien met twee dakkapellen voorzien van bolvensters en frontons, alsmede een omlijste ingangspartij in Lodewijk XV-stijl. Het dubbele woonhuis Hoogstraat 13-15 werd gebouwd in 1790 en heeft attiekvensters en een pronkrisaliet in Lodewijk XVI-stijl met dubbele voordeur. Laat-18de-eeuws
Tholen, Postkantoor
is de ingangsomlijsting met geblokte pilasters bij Kerkstraat 18, een in opzet 17de-eeuws pand. De huizen Oudelandsepoort 15-21 tonen de sobere neoclassicistische stijl van rond 1870. Uit circa 1880 dateren enkele grote panden met (vernieuwde) en veelal gepleisterde gevels in eclectische vormen, zoals De Kogge (Botermarkt 9), Vossemeersepoort 10, Brugstraat 25 en Hoogstraat 48. Het huis Markt 9 (circa 1890) heeft een gevel met ruw gepleisterde banden en strekken. Sobere eenlaagse varianten hierop zijn Oudelandsestraat 14 (bepleistering circa 1910) en Oudelandsestraat 43. Een goed voorbeeld van chaletstijl is het dubbelpand Markt 13-15 (circa 1910). Uit dezelfde tijd zijn de kap met sierspant van Oudelandsestraat 2 en de dakkapel met sierspant van Oudelandsestraat 41. Voorbeelden van rond 1910 gebouwde huizen met mansardedak, versierd met windveren en veelal opgetrokken in kalkzandsteen, zijn Wal 1-5, 13-17 en 27-29. Rond 1900 werd ook buiten de wallen gebouwd. Hier verrezen vrijstaande villa's, zoals de in 1903 voor burgemeester J.W. Wagtho gebouwde gepleisterde villa Ostrea (Hertenkamp 3) met chaletstijl- en jugendstil-vormen. Dezelfde invloeden vertoont de villa Nieuw Molenvliet (Oudelandsepoort 26), gebouwd in 1909 naar ontwerp van G. Boeschoten voor J.M. Wagemaker. Vrijwel identiek zijn de villa's Zuid Oudaan 1-3 (circa 1910) met jugendstil- en chaletstijl-details. Jugendstil-details, zoals een portiek met hoefijzerboog, vertoont ook 't Ouwe hus (Grindweg 25) uit 1913. Met rationalistische details uitgevoerd is het dubbele huis Hoogstraat 34-36 (circa 1915) en expressionistische details hebben de huizen Molenvlietseweg 46-52 (circa 1925) en de hoekwoning Oudelandsepoort 2. Goede voorbeelden van middenstandswoningen uit circa 1930 zijn Grindweg 2-26. In zakelijk-expressionistische vormen opgetrokken zijn de huizen Bolwerk 9 (1925), Wal 31 en Slachtveld 9. Een traditionalistische vormgeving vertonen de huizen Hofstraat 21-31 (circa 1930), met boven de doorgang een historiserend klokgeveltje. | |
[pagina 242]
| |
Tholen, Boerderij Stadszicht
Winkels. Het eenlaagspand Botermarkt 11 heeft een mogelijk 17de-eeuwse kern. Achter de 19de-eeuwse ingangsomlijsting bevindt zich een 19de-eeuwse winkelbetimmering. Het forse woon- en winkelpand Botermarkt 1 werd in 1894 gebouwd in rijke neorenaissance-stijl naar ontwerp van P.A.A. van Rhee voor wijnhandelaar C.A. van der Burght. Bij het 18de-eeuwse pand Markt 7 is de gevel ooit verhoogd met een derde bouwlaag en heeft men rond 1900 een eclectische winkelpui ingebracht. Een soberder variant hierop is de winkelpui van Dalemsestraat 3-5 en een rijkere winkelpui in eclectische stijl is die van Hoogstraat 32 (circa 1910). Opmerkelijk is het pand Kerkstraat 14-16 (circa 1910) met een verdieping omlijst door lisenen met neorenaissance-details en een winkelpui met geglazuurde stenen en jugendstil-vormen. Het dubbele huis Dalemsestraat 18-20 heeft een ranke winkelpui in jugendstil-vormen (circa 1915). Iets strakker van vorm is de vergelijkbare winkelpui van Bebouwdendam 8 (circa 1915). Het brede 19de-eeuwse pand Markt 17-19 heeft een winkelpui uit circa 1920. Kenmerkend jugendstil-materiaalgebruik vertoont de winkelpui van Dalemsestraat 30 (circa 1920). Windmolen ‘De Hoop’ (Oudelandsepoort 25) staat op het westelijk bolwerk en is een ronde stellingmolen met een zeer hoge, gewitte stenen romp. Deze in opdracht van de stad gebouwde korenmolen verving in 1736 een standerdmolen. Rond 1860 eeuw heeft men de molen verhoogd omdat de windvang door hoge bomen op de wal werd gehinderd. De laatste restauratie dateert uit 1984-'86. De voorm. zoutkeet (Contre Escarpe 1) is een grote loods met afgewolfd, laag aflopend zadeldak, waar tot 1901 zout werd geraffineerd. Een steen herinnert aan de stichting door Jan van Manen en Anthoni van Beynen in 1765. Het voorm. stoomgemaal ‘'t Ouwe Gemaal’ (Gemaalweg 26) is een T-vormig gebouw van 1906 en was in gebruik tot het gereedkomen van het nieuwe gemaal ‘De Eendracht’ in 1957. Het trafohuisje (Molenvlietsestraat 1) is een klein blokvormig pand met tentdak, gebouwd rond 1930 naar plannen van C.W.B. Keller voor de P.Z.E.M. Straatmeubilair. Op de Markt staat een hardstenen stadspomp in Lodewijk XV-stijl, vervaardigd in 1758 door Nicolaas Muts. Verder bevinden zich op de Markt een rond 1920 opgetrokken achtzijdige muziektent met bakstenen onderbouw en een tentdak op houten staanders, en een recentelijk opgeknapte eind-19de-eeuwse dubbele houten travalje voorzien van een zadeldak met windveren en makelaar. Verdedigingswerken. Van het na 1603 aangelegde nieuwe vestingstelsel met zeven bastions zijn nog delen van de wallen en grachten behouden, inclusief vier bastions. Ten tijde van de opheffing van de vesting Tholen in 1814 was reeds aan de zuidzijde een deel omgevormd tot een ‘slingerbos’ (landschappelijke bosaanleg) en in 1835 kwam hier een stadsplantsoen (huidige Bosstraat) tot stand naar ontwerp van A. Moens van Blois, griffier van de rechtbank in Zierikzee. Tussen 1844 en 1888 werden - als werkverschaffingsproject - de wallen geslecht en werd de zogenoemde Zwitserse wandeling gerealiseerd, een aanleg met geaccidenteerde delen naar plannen van P. Schuppens. Vanaf het eind van de 19de eeuw begon men met bebouwing, Oudelandsestraat (na 1870), de Bosstraat (eind 19de eeuw en 1904), Cromvliet (na 1894), Kruittorenstraat (eind 19de eeuw), Bolwerk en Plantagestraat (na 1930). De Alg. begraafplaats (bij Grindweg 45), aangelegd rond 1830, heeft een smeedijzeren ingangshek met hekpalen bekroond door gietijzeren vazen. In de as van het oude gedeelte liggen twee grafkelders voor de families Wagtho (vanaf 1858) en Van der Burght. Verder zijn er diverse grote, schuin oplopend op grafkelders geplaatste zerken uit het begin van de 20ste eeuw. Boerderijen. In de omgeving van Tholen liggen verschillende interessante boerderijen. De langhuisboerderij Kettinghoeve (Kettingdijk 5) - met in de voorgevel het opschrift ‘'t Huys Vermuyden’ - heeft een 17de-eeuws, deels onderkelderd, woongedeelte. De achterliggende dwarsdeelschuur is met riet gedekt. De uit 1768 (jaartalankers) daterende boerderij Plantage (Mosselhoekseweg 6) heeft in de topgevel - vermoedelijk oorspronkelijk een trapgevel - een wapensteen en kruisvensters met korfbogen. Uit circa 1880 dateren de sobere neoclassicistische woonhuizen van de boerderijen Mosselhoekseweg 7 en Cereshof (Ceresweg 2). Luchtenburgseweg 1 is een boerderij uit 1900 met een groot villa-achtig woonhuis voorzien van neoclassicistische details. De boerderij Stadszicht (Luchtenburgseweg 4) heeft een zeer opvallend woonhuis uit 1909 (gevelsteen) naar een jugendstil-ontwerp van J. Key. | |
[pagina 243]
| |
Dit eenlaags woonhuis is voorzien van een achtzijdige hoektoren met topgevels en een dakruiter. De in geglazuurde baksteen opgetrokken gevels zijn gedecoreerd met kleurig siermetsel- en tegelwerk. |
|